Aanslagen in Ashdod aanleiding voor uitschakeling Yassin
De eerste gevolgen van de uitschakeling van sjeik Ahmed Yassin, geestelijk leider van de fundamentalistische Hamas-beweging, zijn al te zien. Het leger en de politie in Israël verhoogden maandag hun paraatheid. Er werden allerlei wegversperringen opgericht, en ook de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook van Israël is afgesloten.
De hoge paraatheid zal naar verwachting tot ten minste na het weekeinde worden gehandhaafd. Hamas is nu namelijk gemotiveerder dan ooit om aanslagen uit te voeren. „De oorlog is begonnen, en er zal meer wraak zijn”, aldus Aziz Rantissi, de woordvoerder van Hamas.
Tussen willen en kunnen bestaat echter verschil. Ook voor de liquidatie van Yassin maandagmorgen bestond een grote om bereidheid aanslagen uit te voeren. Waarschijnlijk zal pas na enkele weken of maanden duidelijk worden of deze extremistische beweging erin slaagt het aantal terreuraanslagen in Israël op te voeren. Die aanslagen kunnen zowel binnen Israël worden gepleegd als op Israëlische of Joodse doelen in het buitenland.
De grote meerderheid van de Joodse Israëliërs achtte Yassin een gevaarlijke terreurleider, maar lang niet iedereen vond het verstandig een raket op hem af te schieten. Dat is niet omdat ze enige sympathie voor hem koesterden, maar omdat ze geloven dat de liquidatie zal leiden tot escalatie.
Oppositieleider Shimon Peres van de Arbeiderspartij verwacht niet dat terrorisme zal verdwijnen door de liquidatie van leiders. „Ik geloof dat terrorisme uitgeroeid kan worden door de redenen voor terrorisme uit te roeien”, aldus Peres. „Door het doden van een leider komt er een andere leider.”
Zelfs in Shinui, de coalitiepartner van de Likud, vielen afwijkende geluiden te beluisteren. Minister Avraham Poraz (Binnenlandse Zaken) zei dat dergelijke operaties alleen maar de haat doen toenemen en terrorisme aanmoedigen. Ook Yossi Beilin van Yachad keurde het besluit af.
Het Israëlische kabinet nam het besluit om Yassin te doden vorige week dinsdag na de dubbele zelfmoordaanslag in de haven van Ashdod. Daar bliezen twee Palestijnen zich op. Tien Israëliërs verloren het leven. De twee daders wilden mogelijk een tank met chemische stoffen opblazen. Als dat was gelukt, hadden daarbij honderden of duizenden doden kunnen vallen. De aanslag in Ashdod was een gezamenlijke operatie van Hamas en Fatah, de partij van de Palestijnse leider Yasser Arafat.
Het kabinet besloot na Ashdod tot een offensief tegen de Palestijnse terreurgroepen in de Gazastrook. Het leger ontving van het kabinet toestemming om de kopstukken van Hamas uit te schakelen. Vorig jaar besloot de regering ook al Yassin te treffen. In september schoot een Israëlische F-16 een raket af op het huis waar hij verbleef, waardoor hij lichtgewond raakte. Na de aanslag in Ashdod vernieuwde het kabinet dit besluit.
In het verleden maakte Israël onderscheid tussen enerzijds militaire leiders, die verantwoordelijk waren voor de gewapende vleugels van de Palestijnse partijen, en anderzijds geestelijke en politieke leiders. De liquidatie van de laatstgenoemden zou alleen maar meer haat veroorzaken. De regering van Ariel Sharon kwam echter tot de conclusie dat de motivatie om aanslagen uit te voeren toch niet verder kon stijgen.
Wat het kabinet betreft, verdiende Yassin niet anders dan uit de weg geruimd te worden. Sinds de intifada in september 2000 begon, heeft Hamas -volgens berekeningen van minister van Defensie Shaul Mofaz- 425 aanslagen uitgevoerd, waarbij 377 Israëliërs werden gedood. In totaal raakten 2076 burgers en soldaten gewond. Yassin gaf volgens Israëlische bronnen leiding en goedkeuring aan de aanslagen op coffeeshops en bussen.
De liquidatie was niet alleen bedoeld om Hamas af te straffen, maar ook om de beweging te verzwakken. Ze heeft nu geen geestelijk leider meer. Natuurlijk, er kan een opvolger aantreden, maar die zal dan veel energie kwijt zijn om buiten het vizier van Israëlische helikopterpiloten te blijven. Israël is namelijk van plan nog meer leiders van de terreurorganisaties te doden.
In Israël bestaat enige vrees dat Hamas het bestuur over de Gazastrook zal overnemen na de eenzijdige terugtrekking van Israël uit dit gebied, waarschijnlijk begin volgend jaar. Sharon heeft in elk geval nu een poging gedaan Hamas te verzwakken.
Strategisch commentator Ze’ev Schiff schreef dinsdag in het dagblad Ha’aretz: „De Israëlische boodschap van de moord is een situatie te voorkomen waarin Hamas kan claimen dat Israël zich uit de Gazastrook terugtrekt onder druk van de organisatie en dat militaire acties daarom moeten worden voortgezet om ook een verder terugtrekken vanaf de Westelijke Jordaanoever teweeg te brengen.”
Bronnen in het kantoor van Sharon zeggen echter dat er geen relatie bestaat tussen de terugtrekking en het doden van Yassin. Yassin was al het doelwit voordat de premier sprak over de terugtrekking van de kolonisten en militairen uit deze strook langs de Middellandse Zee.
De leider van de Palestijnse Autoriteit, Yasser Arafat, veroordeelde de aanslag op Yassin. Het is niet duidelijk in hoeverre de Palestijnse voorman er werkelijk rouwig om is. Hamas en zijn Fatah-partij zijn namelijk in een machtsstrijd gewikkeld. Hamas geniet onder vele Palestijnen grote populariteit, omdat hun leiders in tegenstelling tot die van de Palestijnse Autoriteit niet corrupt zijn en bereid zijn offers te brengen voor de Palestijnse zaak. Nu Hamas Yassin zal afschilderen als een martelaar die de ultieme prijs heeft betaald in de strijd tegen Israël, zal het voor de Palestijnse Autoriteit des te moeilijker worden tegen de beweging op te treden. Door de aanslag maandag is de achting voor Hamas in elk geval gegroeid.