Binnenland

Gestolen kunst Westfries Museum in handen militie Oekraïne (fotoserie)

HOORN (ANP). De kunstwerken die begin 2005 werden gestolen uit het Westfries Museum in Hoorn is in handen van een ultrarechtse militie in Oekraïne.

7 December 2015 10:30Gewijzigd op 15 November 2020 23:53
Schilderij van Jan Claesz. Rietschoof, Gezicht op het Oostereiland, 1652-1719. De 24 kunstwerken die begin 2005 werden gestolen uit het Westfries Museum in Hoorn zijn in handen van een ultrarechtse militie in Oekraïne. beeld ANP
Schilderij van Jan Claesz. Rietschoof, Gezicht op het Oostereiland, 1652-1719. De 24 kunstwerken die begin 2005 werden gestolen uit het Westfries Museum in Hoorn zijn in handen van een ultrarechtse militie in Oekraïne. beeld ANP

Alle pogingen om de 24 schilderijen en zeventig stukken zilverwerk terug te krijgen, zijn tot nu toe gestrand. „Contacten met de huidige bezitters van de roofkunst en diplomatieke inspanningen tot op het hoogste niveau hebben tot niets geleid”, lieten museum en gemeente maandag weten tijdens een persconferentie.

Het museum omschrijft de leden van de militie, OUN geheten, als „kunstcriminelen, die contacten hebben tot op het hoogste politieke niveau.” Tijdens de eerste contacten met de extreemrechtse militanten bleken ze bereid de kunstwerken terug te verkopen aan het Hoornse museum. De militie wilde aanvankelijk 50 miljoen euro hebben voor de 24 doeken. Volgens roofkunstjager Arthur Brand, die door de gemeente is ingeschakeld, was dat een volstrekt onrealistisch bedrag.

De schilderijen zijn maximaal ruim 1,3 miljoen euro waard, mits in goede staat. En dat is niet het geval. Arthur Brand schat de actuele marktwaarde hooguit op 500.000 euro. Nadat Brand opnieuw contact had gelegd met de militie bood hij namens de gemeente Hoorn een onkostenvergoeding aan. Hij kreeg nooit een reactie op dat aanbod. De tegenpartij gaat nu uit van een ‘vindersloon’ van 5 miljoen euro en neemt met minder geen genoegen, aldus de gemeente Hoorn.

Hoorn nam hierop contact op met het ministerie van Buitenlandse Zaken met het verzoek de zaak via diplomatieke weg tot een goed einde te brengen. Er vonden gesprekken plaats tot op het hoogste politieke niveau, zij het zonder resultaat. „Inmiddels zijn er zeer serieuze signalen dat de huidige bezitters van de roofkunst deze proberen te verkopen aan anderen”, weet Hoorn.

Uit nader onderzoek van Brand blijkt dat achter de militie hooggeplaatste personen schuilgaan. Daarbij wordt de naam genoemd van Oleh Tiahnibok, de leider van de extreemrechtse partij Svoboda die achter de schermen de touwtjes in handen heeft. Ook valt meermalen de naam van Valentin Nalivaitsjenko, voormalig hoofd van de geheime dienst. „De gestolen kunst is een speelbal in een ondoorzichtig politiek krachtenveld in Oekraïne, waarin sprake is van een interne strijd om de macht, vriendjespolitiek en corruptie”, concludeert de gemeente.

Over de kwestie is de afgelopen maanden op hoog niveau onderhandeld. Recent heeft minister Bert Koenders erover gesproken met president Porosjenko van Oekraïne. Burgemeester Yvonne van Mastrigt van Hoorn zei dat er maandagochtend nog contact is geweest met de Oekraïense ambassadeur in Nederland. Die heeft alle medewerking toegezegd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer