Wie deed stiekem en wie niet?
DEN HAAG (ANP). Het lijkt een klassieke ‘whodunnit’, de affaire rond de Commissie Stiekem. Wie van de fractievoorzitters heeft supergeheime informatie gelekt aan de pers? Het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer liet donderdag weten dat er een onderzoekscommissie komt.
Wat er precies is voorgevallen, weet waarschijnlijk slechts een handjevol mensen. NRC Handelsblad kwam vorig jaar met een reconstructie. Maar de vraag is of ooit opgehelderd gaat worden wie wat wist en deed.
De kwestie begon in oktober 2013, toen minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) tegen media meldde dat de Amerikaanse afluisterdienst 1,8 miljoen Nederlandse belgegevens in handen had. Verontwaardiging alom.
Plasterk kreeg een maand later echter te horen dat niet de Amerikanen, maar Nederland zelf de VS van de gegevens had voorzien. Hij zat dus fout, maar hij zette dat publiekelijk niet recht. Wel was er in december een verklaring in de zogenoemde Commissie Stiekem van fractievoorzitters, maar hiervan mag niets openbaar worden.
Pas maanden later, in een Kamerbrief op 4 februari 2014, kwam aan het licht dat Nederland zelf de gegevens had overgedragen. Oppositiepartijen reageerden opnieuw verontwaardigd. Onder leiding van D66 dienden zij een motie van wantrouwen in tegen de PvdA-minister. Een meerderheid van de Kamer bleef achter de minister staan: de regeringspartijen PvdA en VVD en de kleine christelijke partijen ChristenUnie en SGP.
NRC kwam kort daarna naar buiten met een reconstructie dat de affaire rond de afluisterdienst wel degelijk in de Tweede Kamer was besproken, namelijk in de Commissie Stiekem. PvdA-leider Diederik Samsom was dan ook woedend geweest over de motie van wantrouwen tegen zijn partijgenoot. De andere fractievoorzitters hadden het kunnen weten.
Maar alles wat in Stiekem wordt besproken, moet geheim blijven. De affaire leek dan ook voorbijgewaaid, tot de Telegraaf deze week meldde dat VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra namens de Commissie Stiekem aangifte zou hebben gedaan wegens het lek richting NRC.
Het Openbaar Ministerie deed onderzoek en kwam tot de conclusie dat één of meer fractievoorzitters mogelijk een „ambtsmisdrijf” hebben gepleegd. Maar het OM mag dit verder niet onderzoeken. Het is nu aan de Tweede Kamer.