Tegen Hari - die vorig jaar door de rechtbank in Amsterdam werd veroordeeld tot anderhalf jaar cel, waarvan een half jaar voorwaardelijk - was vorige maand door het Openbaar Ministerie drie jaar cel geëist.

Het gerechtshof oordeelde in het vonnis hard over Hari, die „op grove wijze” misbruik maakte van zijn fysieke overwicht op de slachtoffers en zichzelf daarbij als professioneel kickbokser „als geen ander” bewust moet zijn geweest van de schade die hij kon aanrichten. Het hof noemde het „toeval” dat in alle bewezen gevallen geen ernstiger letsel is ontstaan.

In de ‘Sensation-zaak’ schoof het hof de verklaringen van Everink zelf terzijde. Volgens het hof waren die zo wisselend en inconsistent, dat ze als bewijs onbruikbaar zijn. Wel bruikbaar vond het hof de door Hari’s medeverdachte Ferhat Y. afgelegde en door een anoniem gebleven getuige ondersteunde verklaring, waarin de mishandeling van Everink volledig op het conto van Hari kwam. Y. werd donderdag na een eis van vijftien maanden celstraf vrijgesproken.

Hari’s raadsvrouw Bénédicte Ficq noemde de uitspraak „acceptabel”, maar is wel van plan naar de Hoge Raad te stappen. Zij toonde zich verbaasd over de beslissing van het hof de verklaringen van Everink uit te sluiten als bewijs en die van Ferhat Y. - „ondersteund door een getuige die duidelijk onder invloed was” - juist aannemelijk te noemen. Volgens haar kan Hari - die nog zo’n half jaar moet zitten - zich vinden in de uitspraak.

Het Openbaar Ministerie (OM) was tevreden dat het hof nagenoeg alle aanklachten bewezen achtte. Minder content was het met de straf die Hari kreeg. „Het hof heeft onze redenering voor het grootste gedeelte gevolgd, maar komt tot een lagere straf. Dat is jammer”, aldus een woordvoerder.