Canada jaagt JSF-klanten niet echt op kosten
WASHINGTON/DEN HAAG. Canada kiest niet voor de JSF. Een klap voor vliegtuigfabrikant Lockheed én z’n klanten. De JSF zou hierdoor 9 ton per stuk meer kosten. „De impact van het besluit op de internationale politiek is vele malen groter.”
Canada staat op een kruispunt. De eerste koerswijzigingen van Ottowa –na de klinkende overwinning van de liberale premierskandidaat Justin Trudeau van vorige week– zijn duidelijk. Canada trekt zijn jachtvliegtuigen terug uit de strijd tegen Islamitische Staat en zet –vooralsnog– een streep door de aanschaf van de JSF – ofwel de F-35.
Mocht Canada inderdaad afzien van de JSF, dan stijgt de prijs met 1 miljoen dollar per toestel, pakweg 900.000 euro, zo maakte JSF-programmaleider Chris Bogdan gisteren bekend tegenover Amerikaanse congresleden.
Canada vliegt op dit moment met oudere F/A-18 Hornets. De regering heeft een slordige 150 miljoen euro in het JSF-project gestoken, met de bedoeling er zo’n 65 stuks aan te schaffen. Een handtekening is echter nog niet gezet.
De aanschaf van het jachtvliegtuig is in Canada –net als in Nederland– zwaar omstreden. De Canadese rekenkamer heeft in 2012 een vernietigend rapport gepresenteerd over de kostenberekeningen voor aankoop van de JSF. Bovendien zou de luchtmacht –aldus de kritiek– te weinig naar andere kandidaten hebben gekeken. De regering heeft daarop ijlings de stekker uit het project getrokken.
Canada is een zogenaamde Level 3-partner, een van de negen landen die beperkt bijdragen aan de ontwikkeling van het nieuwe gevechtstoestel. „Canada kan daarom vrij eenvoudig uit het project stappen”, stelt Dick Zandee van instituut Clingendael vast. „Houden ze vast aan de nieuwe koers, dan zijn ze hun 150 miljoen kwijt.”
De grote vraag is of Canada uiteindelijk echt afziet van de JSF. „De Canadese F/A-18’s vallen een keer uit de lucht. Ze zullen toch een opvolger moeten hebben.” Bovendien is een nieuwe studie naar de vervanging van de Hornets nog in volle gang. „Het kan nog alle kanten op. De JSF blijft een kandidaat.” De Clingendaelspecialist sluit niet uit dat Trudeau uiteindelijk zijn verkiezingsbelofte zal breken door toch voor de JSF te kiezen. „Regeringen komen vaker verkiezingsbeloften niet na. Dat is geen noviteit.”
De impact van een Canadees besluit op het totale JSF-programma is beperkt. De 65 toestellen die het land eventueel wil zou willen kopen, vallen in het niet bij de 2443 stuks die de VS zelf aanschaffen, gecombineerd met de aantallen voor Denemarken, Noorwegen, Australië, Groot-Brittannië, Israël, Zuid-Korea en Nederland, dat er 37 wil hebben. Het contract voor de eerste acht is getekend.
Zandee plaatst grote vraagtekens bij de kostenstijging van 9 ton per toestel. De kostprijs staat volgens hem immers nog niet vast. „Het jachtvliegtuig is volop in ontwikkeling.” Nu vliegen alleen testtoestellen, zonder alle geplande software.
Bovendien komen de ontwikkelingskosten van 60 miljard dollar voor de F-35 volledig voor rekening van de VS. De exacte stuksprijs is nog niet bekend. Vliegtuigbouwer Lockheed Martin kan het prijskaartje pas definitief vaststellen als het toestel klaar is. Een andere onzekere factor vormen de schommelende valutakoersen. Alleen al door de hoge dollarkoers is Nederland ruim 500 miljoen euro extra kwijt. De grote vraag is of ons land voor hetzelfde budget nog de geplande 37 toestellen kan aanschaffen. Aanschaf staat echter vast.
Grote problemen
De nieuwe gevechtsjager kampt overigens nog altijd met grote ontwikkelproblemen. De software voor het toestel bezorgt Lockheed nachtmerries. Vorige maand kwamen er problemen aan het licht met de schietstoel. In de VS mogen daarom alleen piloten met de JSF vliegen die zwaarder zijn dan 63 kilo. Zwaardere piloten zouden bij gebruik van de schietstoel ernstig rug- en nekletsel kunnen oplopen.
De grote vraag is welke jachtkist Canada kiest. Veel belangrijker is echter de vraag welke rol het land internationaal straks op zich neemt. Partnerlanden –binnen en buiten de NAVO– wachten met spanning af.