GE profiteerde van stijgende verkopen van zijn luchtvaart- en ander transportdivisies, die ervoor zorgden dat de winst min of meer op het peil van een jaar eerder bleef. Door negatieve wisselkoerseffecten zakte de omzet van het concern wel licht.

GE maakt apparatuur en machines voor onder meer de energiesector, industrie, luchtvaart en gezondheidszorg. Bovendien heeft het concern een groot aantal onderdelen op het gebied van krediet en leasing. Het merendeel daarvan wordt evenwel verkocht omdat GE zich op de industriële activiteiten wil concentreren. Onlangs werden voor 32 miljard dollar aan bezittingen van bankdochter GE Capital verkocht aan de bank Wells Fargo.

Honeywell, dat uiteenlopende goederen als helikopters, thermostaten en beveiligingssystemen maakt, boekte dankzij bezuinigingen een hogere winst op een dalende omzet. Honeywell zag de vraag naar zijn diensten en chemicaliën voor de oliesector teruglopen. De divisies die meer in directe verbinding staan met de economische ontwikkelingen in de VS, zoals de productie van vliegtuigonderdelen en producten op het gebied van brandpreventie en beveiliging, doen het echter beter dan voorheen.