Kamer rekent af met omstreden rekentoets
DEN HAAG. Alleen de PVV wil nog dat in voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs de rekentoets dit jaar al meetelt bij het eindexamen. Het kabinet wil uitstel in het mbo, en een Kamermeerderheid wenst dat ook voor havo en vmbo.
Vanwaar deze commotie opeens?
Minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker schreven gisteren aan de Tweede Kamer dat de rekentoets in het mbo pas over zes jaar verplicht wordt: nu is het rekenonderwijs niet op orde, dus er zouden veel te veel studenten zakken. Addertje onder het gras: de toets slecht maken mag nog, maar wie geen voldoende haalt, kan niet meer automatisch doorstromen naar het hogerberoepsonderwijs.
Tegelijk willen de bewindslieden de toets in het voortgezet onderwijs al wel verplicht stellen, ook al haalde daar 1,9 procent –en dat zijn duizenden leerlingen– vorig jaar de toets niet. Daar keert een Kamermeerderheid zich nu tegen.
Zo nieuw is de kritiek toch niet?
Commentaar was er al genoeg, ja. Zoals: de toets is te moeilijk. Er zit te veel lees- en denkwerk in, en dus wordt niet alleen de rekenvaardigheid getest. Wat raar dat gebruik van een rekenmachine is toegestaan. Er is verwarring over onder meer het aantal herkansingen en de minimaal te halen cijfers. Het voortgezet onderwijs is ook helemaal niet klaar voor de toets, dus het wordt een slachting: vorig jaar haalde op een kwart van de scholen minder dan de helft een voldoende (5,5), en er zijn scholen waar slechts 25 procent van de leerlingen voldoende scoort. Als de toets nu al verplicht was geweest, hadden deze scholieren geen diploma kunnen halen.
Om het met D66-Kamerlid Van Meenen te zeggen: De toets nu al verplicht stellen, leidt tot een ”heel Holland zakt”-scenario. En hij weet waar hij het over heeft, want hij was een van de vijf onderwijswoordvoerders die in februari roemloos ten onder gingen toen ze op verzoek van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren zes opgaven uit de rekentoets op havo/vwo-niveau maakten. Niemand van hen haalde een voldoende, en Straus (VVD) en Jadnanansing (PvdA) –toen nog allebei vóór een verplichte toets– gingen met een 1 naar huis. „Paal!” riep de leraar vroeger, en daar stonden ze inderdaad voor. Heel de Kamer zakt, dus wat moet de rest van het land dan wel niet?
Nieuw is dat er in de Tweede Kamer geen meerderheid meer is die dit jaar al een verplichte toets in het voortgezet onderwijs wil. Ruim vijf jaar geleden was alleen de SGP tegen de rekentoets. Nu leeft het verzet veel breder. Begin dit jaar bleek er echter wel een meerderheid voor te zijn: naast VVD en PVV was –na lang aarzelen– ook de PvdA voor. Die partij zwaait nu echter weer om, omdat te veel leerlingen dreigen te zakken als gevolg van de toets.
Waarom moet die toets er eigenlijk komen?
Het rekenniveau moet omhoog. Dat wordt eigenlijk door niemand betwist, maar dat een toets daarvoor het middel zou zijn, is wel omstreden. De bewindslieden stelden echter begin dit jaar: „Pubers gaan niet hun best doen voor een fröbeltoets die niet meetelt.” Een verplichte toets dwingt volgens hen ook scholen om het probleem serieus te nemen.