Opinie

Commentaar: Wilders’ lege definitie van christendom geeft duidelijkheid

Het blijft een interessant gedachte-experiment: wat zou er gebeuren als in de Tweede Kamer niemand meer zou reageren op de provocaties van PVV-leider Wilders? En wat zou er gebeuren als partijen deze houding twee jaar volhielden? Zou dat de media-aandacht voor de partij die uit één man bestaat niet aanzienlijk verminderen, en zou dát vervolgens niet zichtbaar worden in de peilingen?

Hoofdredactioneel commentaar
22 September 2015 15:06Gewijzigd op 15 November 2020 21:58
PVV-leider Wilders tijdens de  Algemene Beschouwingen, beeld ANP.
PVV-leider Wilders tijdens de Algemene Beschouwingen, beeld ANP.

We zullen het nooit weten. Want als iets de achterliggende elf jaar –Wilders begon in 2004 voor zichzelf– duidelijk werd, is het dit: partijen kunnen het niet over hun hart verkrijgen de PVV-leider in het politieke debat te negeren. Daarvoor zijn diens aanvallen te scherp en te uitlokkend. En daarvoor zijn er te veel kiezers die van hun voorlieden verlangen dat die Wilders van katoen geven en hem de mond snoeren.

Wat in elk geval boeiend blijft, is te zien hoe verschillend partijen op de messcherpe aanvallen van de PVV-leider reageren. Het meest bedreven in het te woord staan van Wilders is ongetwijfeld D66-voorman Pechtold. Van alle fractievoorzitters is hij het beste in staat om de PVV-leider een enkele maal uit balans te brengen, soms door voorbedachte frontale aanvallen, soms door knappe improvisaties. D66 heeft, van alle politieke partijen, bij zulke directe aanvallen ook het meest te winnen. Niet voor niets stijgen, na een felle clash aan het Binnenhof, Pechtold en Wilders vaak ‘broederlijk’ in de peilingen van De Hond.

Voor andere partijen is de vraag hoe zij met het blonde gevaar moeten omgaan ingewikkelder. Zo willen VVD en SGP wel afstand nemen van Wilders’ xenofobie en populisme, maar hebben zij er geen belang bij om als volstrekte tegenpolen van het PVV-gedachtegoed te boek te staan. VVD-fractievoorzitter Zijlstra probeerde daarom vorige week donderdag opzichtig tussen Scylla en Charybdis door te zeilen door te poneren dat de liberalen afstand nemen van Wilders en diens politieke kretologie, maar dat zij de PVV-kíézers in hun zorg over ontwikkelingen in onze samenleving best begrijpen. Blijkbaar in de hoop dat die kiezers, na een dergelijke aai over de bol, naar het VVD-kamp zullen overstappen of terugkeren.

SGP-leider Van der Staaij gaf Wilders nog explicieter een compliment. „In het verleden is de invloed van moslimradicalisme zwaar onderschat, daar heeft de heer Wilders gewoon een punt. Dat moet eerlijk onder ogen worden gezien”, zei hij tijdens de Algemene Beschouwingen.

Tegelijkertijd nam Van der Staaij slim afstand van het PVV-gedachtegoed door Wilders te vragen om nu eens een paar van die christelijke waarden te noemen waarvoor de PVV zegt in het krijt te willen treden. „Opkomen voor ons eigen volk”, was het enige en juist daarom erg onthullende antwoord dat Wilders hierop te geven had: „Wat is er christelijker dan opkomen voor je eigen volk en voorkomen dat Nederland islamiseert?”

Die uiterst smalle en nogal lege definitie van wat christelijk is, gaf in elk geval duidelijkheid. En zal hopelijk bij velen blijven hangen. Kiezers moeten dan straks, als er weer een stembusgang komt, maar zelf uitmaken of zij zich thuis voelen bij het ‘christendom’ van de PVV of bij dat van andere partijen.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer