De koning zei in de troonrede dat de koopkracht voor die groepen „op peil blijft”. Volgens Roemer klopt dat niet. „Dat komt over als een leugen.” Van de gepensioneerden gaan bijna 700.000 huishoudens erop achteruit en bij de uitkeringsgerechtigden gaan 130.000 huishoudens erop achteruit.

Roemer wil dat Rutte dat toegeeft en rechtzet dat hij de koning onjuistheden heeft laten zeggen. Anders blijft dat kleven aan de premier, zei Roemer. Volgens hem heeft Rutte bijna 1 miljoen mensen via de koning en de troonrede geschoffeerd.

Rutte weersprak de cijfers van Roemer niet, maar hield vol dat wat er gezegd is in de troonrede klopt. Ouderen en uitkeringsgerechtigden gaan er gemiddeld 0,2 procent op vooruit.

Volgens Rutte zijn ouderen in Nederland er de afgelopen twee decennia financieel op vooruitgegaan. De laatste twee jaar bleven ze wel in koopkracht achter bij werkenden, omdat de pensioenen minder werden verhoogd dan de inflatie. De kans dat ouderen in armoede vervallen, is in Nederland 4,5 procent, terwijl dat voor heel Nederland ligt op 9,7 procent, aldus Rutte.

Hij hield Roemer ook voor dat het kabinet 900 miljoen euro heeft besteed om de koopkracht van ouderen en mensen met een uitkering op peil te houden. De minnen in de koopkracht zijn weggepoetst en vervangen door kleine plusjes.

Volgens Roemer gaan de hoogste inkomens er in harde euro’s twintig keer meer op vooruit dan de lage inkomens. „Mensen kijken niet naar procenten, maar naar centen. Bij een sociaal minimum mag je inleveren en de allerhoogste inkomens gaan er duizenden euro’s op vooruit. Als je geen geld hebt om brood te kopen, heb je niks aan procenten.” Volgens Roemer negeert het kabinet de 400.000 kinderen in Nederland onder de armoedegrens.

Rutte zei dat er bij de koopkracht nou eenmaal gewerkt wordt met percentages. De uitkeringen in Nederland behoren tot de hoogste in de wereld en het kabinet zal ze niet verlagen, zei hij.