Muziek

Restauratie orgel Oude Kerk Amsterdam eindelijk van start

AMSTERDAM. Reil kan starten met de restauratie. Zaterdag kreeg Jan Koelewijn van deze firma in de Amsterdamse Oude Kerk de sleutel van het Vater/Müller­orgel overhandigd. Hij beloofde voorzichtig om te springen met het „goud” van dit wereldberoemde stadsinstrument.

14 September 2015 09:06Gewijzigd op 15 November 2020 21:44
AMSTERDAM. Bezoekers luisterden zaterdag naar het orgel in de Amsterdamse Oude Kerk. De restauratie van het orgel duurt tot eind 2017.   beeld RD
AMSTERDAM. Bezoekers luisterden zaterdag naar het orgel in de Amsterdamse Oude Kerk. De restauratie van het orgel duurt tot eind 2017.   beeld RD

„Het goud ligt hier zo dicht aan de oppervlakte dat de kans op beschadiging groot is”, weet Koelewijn. „We hoeden ons voor het verbeteringsdenken, want daardoor zijn orgels soms onherstelbaar beschadigd. Van herintonatie van de pijpen is geen sprake. Wel van technisch herstel van bijvoorbeeld ingezakte pijpvoeten en gescheurde bovenranden van pijpen. We maken ook al het pijpwerk schoon. Daarnaast zal de speelaard worden verbeterd.”

Koelewijn kreeg de sleutel uit handen van Jacqueline Grandjean, directeur van Stichting de Oude Kerk. De gelden voor de orgelrestauratie, 1,3 miljoen, zijn bijna binnen. Mede dankzij de stichting Vox Humana, die het register Vox Humana adopteerde. De Stichting tot Behoud van het Nederlandse Orgel droeg 25.000 euro bij, de grootste gift in haar ruim veertigjarig bestaan. „Er is nog 70.000 euro nodig”, aldus Grandjean.

Stammenstrijd

De directeur memoreerde tijdens een bijeenkomst met donateurs in de kerk de hevige stammenstrijd rond de restauratie, die al in de jaren zestig begon. „Het kamp van Gustav Leonhardt wilde terug naar de situatie van Vater/Müller uit 1742. Feike Asma en consorten pleitten daarentegen voor handhaving van 1870, het jaar waarin Witte zijn restauratie afsloot. In 2005 kozen we voor de laatste optie, die van conservering van het huidige klankbeeld.”

„Een restauratie is hard nodig. Vanwege de zware speelaard en de onvolkomenheden in de klank”, zei Jacob Lekkerkerker, met Matteo Imbruno vaste bespeler van het instrument. „Het doet pijn dat zo’n orgel niet tot volledige ontplooiing komt.”

Imbruno: „Het pijpwerk blijft niet goed op stemming en veel pijpen spreken niet goed aan. Het orgel doet zuchtend zijn werk.” Volgens hem heeft ‘zijn’ orgel een ziel. „Het is een volwassen man met rimpels op wie geen plastische chirurgie is toegepast. Door de restauratie zal de klank aan breedte en glans winnen.”

Jan Zwart

De vaste bespelers zijn blij met de gekozen aanpak. Organist Peter Eilander liet zaterdag hetzelfde geluid horen. „Zo blijven de helderheid van de barok en het ronde van de romantiek gehandhaafd.” Dit weekeinde klonk het Vater/Müllerorgel voor de laatste keer. Diverse organisten lieten niet alleen werk van Sweelinck, Bach en Bruhns horen, maar ook het Cantilena van Rheinberger en Psalm 84 van Jan Zwart.

Adviseur Henk Verhoef sprak van een juweel van een orgel. „Het bevat nog de elf tongwerken uit de 18e eeuw. Sinds de restauratie door Witte in 1870 is er niets meer aan het klankbeeld veranderd. Door het herstel en de schoonmaak van de pijpen zal het orgel anders klinken, maar het klankkarakter blijft behouden.” De restauratie van de marmeren onderbouw van het orgel werd vorige week afgerond. Het complete orgel moet eind 2017 gereed zijn.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer