Geweld in Haïti laait opnieuw op
Zeker vijf mensen zijn omgekomen toen een demonstratie in de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince zondag uitliep op geweld. Meer dan dertig mensen raakten gewond. Een van de doden is een journalist van het Spaanse televisiestation Antena 3.
De 37-jarige journalist, Ricardo Ortega, liep mee in een menigte die naar het presidentieel paleis trok om het vertrek van voormalig president Aristide, zondag een week geleden, te vieren. Toen gewapende aanhangers van Aristide op de menigte vuurden werd Ortega in zijn borst en buik geraakt. Hij overleed later in een ziekenhuis. Bij de schietpartij in Port-au-Prince zou een Amerikaanse journalist gewond zijn geraakt. De demonstranten eisten de berechting van de naar Afrika uitgeweken president Jean-Bertrand Aristide en van diens naaste medewerkers.
Amerikaanse en Franse militairen begonnen na het incident patrouilles rondom het paleis om de situatie onder controle te krijgen. De Amerikaanse mariniers schoten in de richting waar het geweervuur vandaan kwam. Het was voor het eerst dat soldaten van de internationale troepenmacht een schot losten sinds zij naar Haïti zijn gestuurd.
In een ziekenhuis in Port-au-Prince was de vloer van een operatiekamer met bloed bedekt. Gewonden lagen te wachten op behandeling. Vrouwen gilden, mannen huilden en de weinige artsen kwamen handen te kort. Een helikopter van de Franse luchtmacht landde bij het ziekenhuis om noodvoorraden af te leveren. De artsen vreesden dat het dodental verder zou oplopen.
Volgens ooggetuigen kwamen de buitenlandse soldaten veel te laat in actie. „Ze waren niet eens in de buurt van waar werd geschoten”, zei een 31-jarige Haïtiaan die twee keer in de schouder was geraakt.
Eerder hadden de betogers rebellenleider Guy Philippe op de schouders gehesen. Hij staat klaar om de wapens weer op te nemen. Aanhangers van Aristide waren aanvankelijk van plan een eigen demonstratie op touw te zetten, maar die werd later uitgesteld tot maandag, tot opluchting van de internationale troepenmacht. Demonstranten voor en tegen Aristide zijn in het verleden al veel vaker slaags geraakt.
Buiten de hoofdstad, waar de buitenlandse militairen actief zijn, lieten individuele rebellen weten dat zij niet van plan zijn hun wapens in te leveren. Rebellen in Gonaïves en Cap-Haïtien willen niet zeggen waar de wapens zijn, zodat ze die als de nood aan de man komt opnieuw tevoorschijn kunnen halen. Philippe heeft echter beloofd dat de rebellen de wapens zouden inleveren.
Zaterdag arriveerden ongeveer zestig Canadese militairen, zodat het totaalaantal buitenlandse militairen inmiddels rond de 2000 bedraagt. Onder hen zijn zo’n 1000 Amerikanen, enkele honderden Fransen en 130 Chilenen. Er zullen nog ongeveer 390 Canadezen volgen.
De recentelijk benoemde zeven leden tellende raad van wijzen kwam zondag voor de derde achtereenvolgende dag bijeen om over een nieuwe premier te vergaderen. De raad hoopt er maandag uit te zijn. Het ambt van premier is grotendeels ceremonieel, maar de oppositie en de internationale gemeenschap willen van huidig premier Yvon Neptune af omdat hij een aanhanger is van Aristide. Mogelijke kandidaten zijn luitenant-generaal Hérard Abraham en de zakenman Smarck Michel.