Politiek

Dikke-ik-debat ging best ergens over

DEN HAAG. Was het debat over Ruttes dikke-ik-uitspraak een gedachtewisseling die alle kanten uit schoot en eigenlijk niks met beleid te maken had, zoals het onafhankelijke Kamerlid Klein gisteren klaagde? Je kunt er ook anders tegen aankijken.

4 September 2015 12:01Gewijzigd op 15 November 2020 21:30
Premier Rutte, beeld ANP.
Premier Rutte, beeld ANP.

Zeker, debatten over een breed thema, zoals in dit geval de waarden en het normbesef in onze samenleving, hébben de neiging te verzanden in nietszeggendheden. Dat heeft het verleden overtuigend aangetoond.

En inderdaad, soms léék het debat van gisteren een merkwaardige wending te nemen. Vooral toen PvdA-leider Samsom het woord kreeg, die al zijn spreektijd besteedde aan slechts één thema: de vluchtelingenproblematiek.

Samsom had een eerdere spreektekst, waarin hij Rutte eens lekker op de hak had willen nemen over diens dikke-ik-uitspraak op het VVD-congres in mei, verscheurd, zo bekende hij, nadat hij woensdag de aangrijpende beelden zag van het verdronken jongetje Aylan Kurdi. Hij had van die beelden ’s nachts niet kunnen slapen, zei de PvdA-leider met verstikte stem. En daarom: „De lust om te debatteren over allerlei dikke-ik-vraagjes is mij vergaan. Want de ultieme test, de echte dikke-ik-test voor onze samenleving, is die enorme vluchtelingenstroom die nu door Europa trekt.” Daarover moest het debat van gisteren dan ook maar gaan, poneerde hij.

En ja, „een beetje ongemakkelijk” voelde het wel, gaf hij zelf toe, om een debat over normen en waarden in de Nederlandse samenleving, over hufterigheid en egoïsme, nu opeens voor dit grote thema te „kapen.” Men moest het dan ook maar vooral zien als een „cri de coeur.” Hier stond hij, hij kon niet anders.

Zijn emotionele betoog bracht de andere fracties inderdaad enigszins in verlegenheid. Tegen zo veel gloed en mededogen konden zij immers niet opboksen. Maar was het debat nu echt hiervoor bedoeld?

Voorzichtig bogen andere woordvoerder het debat daarom weer richting de hoofdroute. Natuurlijk had Samsom gelijk, en natuurlijk waren ook zij zeer geraakt door de ellende die vluchtelingen uit Afrika en Azië op hun tocht naar West-Europa ondervinden. Maar… was het aan de andere kant niet merkwaardig dat de oppositiefracties deze week moesten smeken om een groot debat met premier Rutte over de vluchtelingenproblematiek, maar dat de PvdA dat aanvankelijk tegenhield?

Gelukkig kwam het debat, via diverse kronkelwegen, toch regelmatig terug bij de reden waarom CU-leider Slob het had aangevraagd, namelijk om in de Haagse politieke arena nu eindelijk weer eens fundamenteel van gedachten te wisselen over waarden en normen, over wat politieke partijen ten diepste drijft, en over wat voor hen de ideale samenleving uitmaakt. En inderdaad, één aspect daarvan is ons omgaan met vluchtelingen. Maar niet het enige aspect.

Zo kwam premier Rutte tot een interessante gedachtewisseling met GL-Kamerlid Grashoff over hoe we als samenleving aankijken tegen mensen die gebruikmaken van een sociale uitkering. Had de minister-president niet volstrekt de verkeerde invalshoek gekozen toen hij in mei op het VVD-congres zei dat mensen die hun baan kwijtraken te snel naar het UWV rennen? Besefte hij dan niet dat Nederland zo’n 600.000 werklozen telt, van wie de meesten het verschrikkelijk vinden geen betaald werk te hebben? wilde Grashoff weten.

Rutte gaf aan dat hij er „erg van baalt dat dit is uitgelegd alsof ik er bezwaar tegen zou hebben als iemand een uitkering aanvraagt.” Dat had hij niet willen zeggen, aldus de premier. Nee, onder „hardwerkend Nederland” rekent hij ook al degenen die hard gewerkt hébben, maar nu buiten hun schuld aan de kant staan.

Even boeiend was de discussie tussen de minister-president 
en CDA-leider Buma over de plaats en functie van het maatschappelijk middenveld, waarbij behalve de big society van David Cameron ook het gedachtegoed van Kuyper, Groen van Prinsterer en Schaepman om de hoek kwam kijken.

Geen wonder dat Rutte halverwege de middag, met de hem eigen, onverwoestbare opgewektheid, kon zeggen: „Wat is dit een mooi debat!” En geen wonder dat Slob aan het eind kon concluderen „dat het goed is dat we hierover met elkaar hebben gesproken”, waarbij de CU-leider in het bijzonder aangaf blij te zijn met de oproep van Samsom om als Kamer gezamenlijk de schouders te zetten onder de aanpak van het huidige, immense vluchtelingenprobleem. Slob: „Juist met deze inzet van de PvdA ben ik benieuwd naar het Kamerdebat dat we volgende week donderdag hierover zullen hebben.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer