Troepenmacht krijgt grip op onrustig Haïti
De langzaam groeiende internationale troepenmacht in Haïti krijgt steeds meer grip op het Caribische land. De intussen aanwezige ruim 1700 Amerikaanse, Franse, Canadese en Chileense militairen patrouilleren vaker in de straten van Port–au–Prince. Voor het eerst in dagen waren donderdag de banken weer open.
Premier Neptune kondigde woensdagavond de noodtoestand af, kort nadat de zelfverklaarde rebellenleider Guy Philippe onder grote internationale druk had verklaard de wapens te zullen neerleggen. In enkele stadsdelen van de hoofdstad, waar gewapende aanhangers van de opgestapte president Aristide nog actief zijn, bleef het ook donderdag onrustig. De Haïtiaanse pers maakte melding van zeker drie doden.
De waarnemend president Boniface Alexandre heeft een nieuwe politiechef benoemd, de in de VS opgeleide voormalige baas van de kustwacht Leonce Charles. Die vervangt Jocelyne Pierre, een vertrouweling van Aristide. Charles’ 4000 politiemensen moeten nu met de internationale troepenmacht gaan samenwerken. Die buitenlandse militaire macht moet de komende periode groeien tot ongeveer 5000 militairen.
De regering schat de schade door de jongste ongeregeldheden op zeker 300 miljoen dollar, zo ongeveer het jaarbudget van de overheid.
Aristide zal volgens een diplomatieke bron nog tot zeker 14 april in zijn ballingsoord, de Centraal–Afrikaanse Republiek, blijven. Zuid–Afrika wil hem daarna ontvangen. Dat land kiest 14 april een nieuw parlement en tot die tijd wil de Zuid–Afrikaanse regering het omstreden ex–staatshoofd even niet op de deurmat zien staan.