Buitenland

Ordeherstel in Haïti is nog een hele kluif

De regering van president Bush denkt Haïti snel aan een geloofwaardig bestuur te helpen. Dat zal niet van een leien dakje gaan, zoals de geschiedenis heeft bewezen.

Marie van Beijnum
4 March 2004 08:48Gewijzigd op 14 November 2020 01:01

De Franse krant Le Monde bekritiseerde de snelle interventie en waarschuwde voor al te hooggespannen verwachtingen. Een zogenaamde ”failing state” -mislukte staat- helpen is een langdurige zaak. Zo vereist het een permanente aanwezigheid onder een hernieuwd VN-mandaat. De VS willen de orde in Haïti herstellen, deels uit eigenbelang om een vluchtelingenstroom van ”botpippel” (bootvluchtelingen) uit Haïti te vermijden. Ze realiseren zich wellicht niet dat het met de tegenstanders van Aristide moeilijk zakendoen is. Een overgangsregering zal dan ook niet à la minute zijn gevormd. De VS sturen nu waarschijnlijk 1000 tot 2000 manschappen naar Haïti, die deel zullen uitmaken van een internationale vredesmacht die maximaal 5000 soldaten zal tellen.

Bush verklaarde dat er nu een nieuw hoofdstuk is opengeslagen voor Haïti, maar het valt nog te bezien of dat naar de glorieuze toekomst leidt die de president voor het land voor ogen heeft. Ten eerste wordt de samenstelling van een overgangsregering een ingewikkelde klus. Volgens de grondwet van Haïti moeten er binnen 90 dagen verkiezingen worden uitgeschreven. Maar de democratische oppositie in het land is een onsamenhangend geheel dat elkaar alleen vond in het verzet tegen Aristide. Verder is het maar de vraag of de partijcoalitie die rond Aristide is gevormd, Lavalas, zal overleven. Daarom staat het nog helemaal open hoe die verkiezingen moeten verlopen.

De rebellen worden onder meer geleid door voormalige officieren van het Haïtiaanse leger. Dat pleegde in 1991 een staatsgreep tegen Aristide, en werd in 1994 ontbonden nadat Aristide onder bescherming van een Amerikaanse interventiemacht was teruggekeerd. Andere rebellen komen uit de Fraph, een paramilitaire organisatie die tijdens de militaire dictatuur vermeende aanhangers van Aristide terroriseerde. Twee van hun leiders werden in de jaren negentig veroordeeld voor politieke moorden en doken onder in het buitenland. Het ligt voor de hand dat sommigen uit het verzet tegen Aristide niet willen dat dergelijke notoire heren opnieuw een rol gaan spelen in de burgersamenleving. Maar Guy Philippe, de sterke man van de rebellen, vindt dat zijn beweging vertegenwoordigd moet zijn in een eventuele overgangsregering.

Philippe was een officier in het Haïtiaanse leger die zijn opleiding kreeg in de VS. Hij bouwde een kwalijke reputatie op als politiechef in Delmas en CapHatien en vluchtte in 1999 na een mislukte staatsgreep tegen Aristide naar het buitenland. De gefrustreerde Philippe en veel andere rebellen die uit het ontbonden leger komen, maken er geen geheim van dat ze een nieuwe strijdmacht wensen. Het zou zelfs een van hun voorwaarden kunnen worden om deel te nemen aan een eventueel ontwapeningsproces.

Ook de conservatieve vleugel van de democratische oppositie zou wat voelen voor een nieuw leger. Op deze flank bevinden zich onder anderen leden van de traditionele elite die ooit samen met het leger de regie in handen had. Allerlei organisaties die zich tegen Aristide hebben verzet, voelen zich uiteraard bedreigd door een mogelijk herrezen leger. Zij pleiten voor een volledige ontwapening van de rebellen en van de milities uit het Aristide-kamp. Een ontwapening na de opheffing van het leger door Aristide, is uitgebleven.

Ook het opnieuw op gang brengen van de economie wordt voor het verpauperde Haïti de uitdaging van de eeuw. De internationale gemeenschap draaide in 2000 de geldkraan dicht uit protest tegen malversaties bij de parlementsverkiezingen. Een deel van dat bevroren hulpgeld staat op rekeningen bij de Wereldbank en bij andere ontwikkelingsfinanciers en zou snel kunnen worden doorgesluisd. En waarschijnlijk is er nog meer geld nodig voor de opbouw van het land van 7 miljoen inwoners. Maar aan geld alleen heeft Haïti niets. Wat het temeer nodig heeft is de mentale wil om het land eindelijk eens op te poetsen tot dat wat het behoort te zijn: een glanzende en stralende parel van de Caraïben.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer