„Vang vluchteling in leegstaande kerkgebouwen op”
ROTTERDAM. In het vluchtelingenbeleid moeten noties als rechtvaardigheid en barmhartigheid niet tegen elkaar uitgespeeld worden. En: overheid en kerk hebben elkaar hard nodig.
Dat stelt drs. J. A. Schippers, directeur van het wetenschappelijk instituut van de SGP, in reactie op de kritiek van Britse kerkleiders op het beleid van hun overheid met betrekking tot de vluchtelingencrisis in Calais.
De Baptist Union, de Church of Scotland, de Methodist Church en de United Reformed Church uiten in een verklaring hun zorg en boosheid hoe er over de situatie van de vluchtelingen gesproken wordt. Ze roepen hun land bovendien op om een eerlijk deel van de vluchtelingen toe te laten.
De discussie lijkt volgens hen „steeds meer gebaseerd op het principe van eigenbelang. Ons geloof leert ons om de vreemdeling niet te vrezen, maar onze naaste lief te hebben.” Met een beroep op de Bijbel beklemtonen de kerken het belang van liefde en compassie voor alle behoeftigen, „inclusief mensen met een andere nationaliteit die komen om in onze gemeenschap te leven.”
Nederland heeft bepaald niet het meest restrictieve beleid als het gaat om de toelating van vluchtelingen, reageert Schippers. „Duitsland en Zweden vangen de grootste aantallen op, maar er zijn ook landen die er veel minder toelaten dan Nederland doet. In ons dichtbevolkte land moeten en mogen we rekening houden met wat onze draagkracht is en of er onder de bevolking draagvlak voor toelating van een groot aantal vluchtelingen is.”
Tegelijk moeten mensen eerlijk zijn over hun motivatie, zegt Schippers. „Dat veel Nederlanders een grotere toestroom niet zien zitten, is dat ook niet omdat het onze welvaart aantast? We hebben de welvaartsverschillen tussen Europa en Afrika te hoog laten oplopen. Pleidooien voor bezuiniging op ontwikkelingshulp krijg je als een boemerang terug als mensen uit ontwikkelingslanden vervolgens een weg zoeken naar de westerse wereld.
Ik hoor mensen soms zeggen dat ze niet zitten te wachten op een toestroom van moslims. Onder de huidige vluchtelingen zijn echter veel christenen.”
Dat de scheiding tussen kerk en staat in West-Europa te ver geradicaliseerd is, blijkt volgens Schippers in probleemsituaties zoals die nu ontstaan door de toestroom van vluchtelingen. „Kerk en staat hebben wel hun elk hun eigen taak, maar de scheiding is te ver doorgetrokken. Laten ze elkaar opzoeken. En –heel concreet– je zou kunnen denken aan de opvang van vluchtelingen in leegstaande kerkgebouwen.”