Kroonenburg begint zijn concert met de preludium en fuga in A, BWV 536. Dit werk moet naar alle waarschijnlijkheid worden gedateerd rond 1716, toen Johann Sebastian Bach hoforganist en kamermusicus was in Weimar. Het sobere hof bood hem de gelegenheid zich veel intensiever dan later in Leipzig aan het orgelspel en het componeren voor orgel te wijden. Het merendeel van Bachs orgelwerken is daarom ontstaan in deze Weimarjaren, die duurden van 1708 tot 1717. Van de compositie is al een eerdere versie bekend, gecomponeerd voor 1706 in Arnstadt, waar Bach van 1703 tot 1707 zijn eerste organistenfunctie vervulde. Zo’n tien jaar later heeft hij het werk grondig herzien. Het preludium begint met gebroken drieklanken, die later worden ondersteund door een orgelpunt (lang aangehouden toon) in het pedaal. Kort voor het slot van dit deel treedt opnieuw een orgelpunt op. Bach verving in zijn herziene versie van de fuga de 6/8 maat door een 3/4 maat. De fuga krijgt gaandeweg een pastoraal karakter, aldus muziekjournalist Piet Warnaar in een toelichting op het programma.

Het Garrelsorgel (drie klavieren, pedaal) dateert van 1732. Het was een geschenk van Govert van Wijn, een rijke inwoner van Maassluis. Het orgel bleef in de loop der tijden niet gespaard voor wisselende muzikale smaken van orgelbouwers en organisten. Onder meer Wolfferts, Meere, Bätz en Maarschalkerweerd werkten aan het instrument. In 1978 werd het orgel gerestaureerd door Pels & Van Leeuwen. Uitgangspunt was de situatie van 1840 met behoud van de Open Subbas 16’ uit 1938 en de Bazuin 32’ die in 1975 op verzoek van Feike Asma was toegevoegd.

Jaap Kroonenburg is de vaste bespeler van het instrument, sinds het overlijden van Asma in 1984.

Het concert in Maassluis begint om 20.00 uur. Volwassenen betalen 8 euro entree. Kinderen tot 12 jaar mogen gratis naar binnen.