Volgens de rechter geldt in dit geval dat het onrechtmatig is om de normale bedrijfsvoering van PostNL te frustreren door toegangen tot de depots te blokkeren. Ören en zijn medestanders kunnen zich niet beroepen op het stakingsrecht omdat zij geen werknemers van het postbedrijf zijn, maar zelfstandige pakketbezorgers die een overeenkomst hebben met PostNL.

Volgens de rechter lijken de acties bovendien veel op een „flashmob waar geen of nauwelijks grip op is. Van een duidelijke organisatie van de acties is niet gebleken” . De rechter ziet ook „geen aanknopingspunten die erop wijzen dat het doel van de acties is geweest om te komen tot een doeltreffende manier van onderhandelen.”

Zelfstandige pakketbezorgers voerden vorige week vijf dagen achtereen actie bij PostNL omdat ze ontevreden zijn over de afspraken die het postbedrijf heeft gemaakt met de vakbonden over de mogelijkheid in dienst te treden bij PostNL of om als zelfstandige meer te gaan verdienen. De actievoerders vinden het aanbod van PostNL te mager. Tijdens de acties werden toegangen tot depots geblokkeerd. PostNL beschouwde Celil Ören als stakingsleider en spande een kort geding tegen hem aan.

Door de acties kon PostNL zo’n 15 tot 20 procent van de pakketten niet op tijd bezorgen. Maandagochtend waren alle zelfstandige pakketbezorgers weer aan het werk gegaan.

PostNL zegt open te blijven staan voor overleg met alle individuele ondernemers. Daarnaast is het postbedrijf in gesprek met SubcoPartners, de belangenbehartiger van zelfstandige pakketbezorgers.

In totaal werken er bij PostNL meer dan 1100 ingehuurde pakketbezorgers.