De toonaangevende Dow-Jonesindex eindigde 1,2 procent hoger op 17.760,41 punten. De bredere S&P 500 ging eveneens 1,2 procent omhoog en kwam op 2076,62 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq steeg 1,5 procent tot 4997,70 punten.

Behalve de Griekse kwestie zorgde ook China voor opluchting. Aan de sterke neergang van de aandelenmarkten in de Volksrepubliek, die de afgelopen week ook op Wall Street voor extra onrust zorgde, lijkt voorlopig een einde te zijn gekomen.

Fed-voorzitter Janet Yellen zei in een toespraak dat zij er nog altijd van uitgaat dat de rente nog dit jaar kan worden verhoogd. Ze waarschuwde echter dat de koepel van centrale banken met argusogen de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt volgt. Te veel Amerikanen staan nog langs de zijlijn, vindt Yellen.

Apple richtte zich vrijdag op na een reeks verliesbeurten waardoor het aandeel in totaal circa 10 procent verloor. Het technologieconcern werd 2,7 procent meer waard en was daarmee de sterkste stijger in de geheel groen gekleurde hoofdindex.

Zorgconcern UnitedHealth volgde met een plus van 2,4 procent, terwijl creditcardmaatschappij 2 procent klom. Onderaan, maar wel met een plus van 0,2 procent, stond softwaregigant Microsoft. De producent van drogisterijartikelen Procter & Gamble presteerde met een winst van 0,4 procent ook ondergemiddeld.

Luchtvaartaandelen waren in trek nadat American Airlines had laten weten de capaciteit dit jaar minder sterk op te voeren dan eerder gedacht. Dat nam bij beleggers zorgen weg over een stijgende druk op de ticketprijzen. Het bedrijf werd, net als concurrenten United en Delta, circa 4 procent meer waard.

De euro was 1,1150 dollar waard, evenveel als bij het slot van de Europese beurshandel eerder op vrijdag. De prijs van een vat Amerikaanse olie zakte 0,1 procent naar 52,75 dollar. De Brentprijs was vrijwel stabiel op 58,62 dollar per vat.