„Gemeente moet geen projectontwikkelaar zijn”
DEN HAAG. Veel gemeenten voeren een actief grondbeleid: ze kopen grond om die met winst te verkopen. Maar velen lijden daar nu verlies op en dat drukt weer op de gemeentebegroting. Gemeenten moeten zich niet als projectontwikkelaars gedragen, maar zich beperken tot hun publieke taak. Dat staat donderdag in het advies van de Raad voor de financiële verhoudingen.
Grondexploitatie was jarenlang een welkome bron van inkomsten voor gemeenten. Maar die hebben zich sinds de economische crisis te makkelijk rijk gerekend en daarbij te veel risico genomen. Door te weinig te kijken naar de werkelijke behoefte aan grond, en door te veel stimuleren van nieuwe plannen maken is er her en der nu een overschot aan bouwlocaties voor woningen, winkels, kantoren en bedrijfspanden. De raad becijfert dat de verliezen van de afgelopen jaren oplopen tot naar verwachting 6 miljard euro in 2018.
Gemeenten moeten de ontwikkeling van grond bij voorkeur overlaten aan private partijen, staat in het advies. Alleen als de markt het laat afweten en de gemeente de ruimtelijke ontwikkeling noodzakelijk acht, dan kan ze erin stappen. Maar dan moet ze wel de nodige buffers hebben om risico’s te kunnen opvangen. „Grondexploitatie is niet bedoeld voor het vergaren van inkomsten.”
De raad adviseert in het algemeen over hoe de financiële middelen van het Rijk het beste zijn te verdelen over gemeenten en provincies.