Plasterk komt op voor PVV en SGP
DEN HAAG. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken vindt het „buitengewoon onwenselijk” als een onafhankelijk bureau gaat onderzoeken of de standpunten van PVV en SGP strijdig zijn met de rechtsstaat en de Grondwet.
Dat zei de bewindsman donderdag in de Tweede Kamer tijdens een voortgezet debatje over de aanpak van antidemocratische groeperingen in ons land.
Het afgescheiden PvdA-Kamerlid Kuzu diende een motie in waarin de regering wordt gevraagd „om een onafhankelijk bureau zorgvuldig en principieel te laten onderzoeken in hoeverre de partijstandpunten en uitspraken van de PVV en van de SGP strijdig zijn met onze rechtsstaat en/of Grondwet.” Volgens Kamerlid Kuzu zijn PVV en SGP „mogelijk” antidemocratisch.
Plasterk wees de motie in sterke bewoordingen af: „Ik zou de motie met klem willen ontraden.” Volgens de bewindsman is het „een buitengewoon onwenselijke weg zijn als we een bureau zouden vragen om door de kiezers gekozen politieke partijen te gaan beoordelen op de inhoud van hun standpunten.” Het is volgens de bewindsman aan de rechter om te bepalen of politieke organisaties verboden moeten worden. Verder kent Nederland, anders dan Duitsland, geen ”Parteiengesetz” dat de inhoudelijke opvattingen van politieke partijen toetst.
Tot slot wees de minister erop dat het niet ongebruikelijk is dat politieke partijen opvattingen hebben die in strijd zijn met de Grondwet. „Zo ken ik politieke partijen die vinden dat de kroonbenoeming van de burgemeester uit de Grondwet verwijderd zou moeten worden. Die opvatting is in strijd met de Grondwet. Dat op zichzelf levert in deze Kamer geen bezwaar op”, aldus Plasterk, daarmee onder meer verwijzend naar D66.
Tijdens de stemming vannacht bleek dat geen enkele fractie de mening van Kuzu en zijn fractiegenoot Öztürk deelde.
Hoewel geen enkele partij inhoudelijk en uitgebreid inging op het pleidooi van Kuzu, bleek er wel sprake van afkeer. Voordat een motie in behandeling kan worden genomen, moeten ten minste vier Kamerleden de indiening ervan ondersteunen. Die steun betekent geen inhoudelijke ondersteuning maar alleen procedurele, zodat de motie in behandeling genomen kan worden. Tijdens het debat was er in eerste instantie geen steun. Toen de voorzitter daar nogmaals om vroeg, kwam die steun wel, maar D66-Kamerlid Van Weijenberg haastte zich om te zeggen dat de procedurele steun geen inhoudelijke steun betekent.
SGP-Kamerlid Bisschip reageerde vanmorgen onthutst op de motie van de twee Turkse Kamerleden. Volgens hem zijn zijn oud-collega’s van de PvdA helemaal de weg kwijt. „Ze halen een heleboel overhoop om de aandacht af te leiden van het echte probleem, namelijk de antidemocratische groepen met een islamitische achtergrond die de sharia in ons land willen invoeren.”
Volgens Bisschop heeft zijn partij „duidelijke standpunten, gebaseerd op klassieke teksten die soms voor verwarring zorgen.” Maar volgens hem heeft „de grande dame van de Nederlandse democratie, die bijna 100 jaar is, altijd gezegd dat ze wil opereren binnen de grenzen van de democratische rechtsstaat. Dat is het kader; zo komen we tot besluitvorming in dit land.”
Het debat van gisteren ging eigenlijk over de vraag of groeperingen die erop uit zijn de democratische rechtsorde omver te werpen of af te schaffen, verboden moeten worden. De Tweede Kamer vindt van wel en heeft het kabinet opgeroepen om met voorstellen te komen om dit te regelen.