De steun moet voorkomen dat Koerdische strijders (peshmerga’s) terrein verliezen in de strijd tegen Islamitische Staat (IS) omdat ze met een „houtje-touwtje-uitrusting” naar het front worden gestuurd. Volgens Han ten Broeke (VVD) zijn de Koerden de meest effectieve troepen.

Ondanks het aandringen van de vijf partijen die samen 73 zetels tellen, zal het kabinet geen wapens en munitie leveren. Minister Jeanine Hennis (Defensie) zei dit materiaal niet over te hebben. Ook wees ze erop dat andere landen zoals Duitsland en de Verenigde Staten wapens en kogels leveren.

D66 stelde voor de Koerden dan geld te geven om zelf wapens te kopen. Ook het CDA en VVD bleven aandringen op meer steun voor de peshmerga’s.

Ongeveer 130 Nederlandse militairen trainen Koerdische en Iraakse militairen. En Nederlandse F-16’s bombarderen doelen van Irak. Het kabinet verlengde de missie onlangs met een jaar. Een ruime meerderheid in de Kamer steunt de verlenging, bleek dinsdag in het debat.

Verder had de Kamer veel vragen over voorwaarden voor een mogelijk militair ingrijpen in Syrië. Het kabinet kwam recent tot oordeel dat er een volkenrechtelijk mandaat is voor een inzet in Syrië. Maar minister Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) wilde geen rijtje voorwaarden noemen waarmee een inzet mogelijk wordt.

Eerder schreef het kabinet aan de Kamer dat onder meer een breed gedragen politieke strategie voor een oplossing in Syrië en een gezamenlijke EU-benadering een rol spelen bij de afweging voor een mogelijke militaire interventie. De Verenigde Staten, Canada en een aantal Arabische landen voeren momenteel luchtacties uit boven Syrië.

Volgens Hennis blijft luchtsteun boven Irak en Syrië nodig. De strijd tegen de „weerbarstige tegenstander” IS is „een zaak van de lange adem.” Maar in beide landen zijn de terreurgroep volgens haar „grote verliezen” toegebracht.