Rechters Internationaal Gerechtshof schrijven allen oordeel
Na de afronding van de mondelinge behandeling van de Israëlische afscheidingen op de Westelijke Jordaanoever moeten de vijftien rechters van het Internationaal Gerechtshof tot een oordeel komen. Ze schrijven daarvoor eerst zelf wat ze ervan denken, maar zonder dat hun naam bij die stukken wordt vermeld.
Een eindoordeel is volgens een Nederlandse jurist die werkzaam is in de Palestijnse delegatie, Peter Bekker, te verwachten in de periode mei tot juli dit jaar.
De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties vroeg eind vorig jaar ’op urgente basis’ een juridisch advies inzake de afscheidingen. Tot dusverre verloopt daarom de afhandeling met een voor het Internationaal Gerechtshof uitzonderlijke snelheid. De zaak van de Israëlische muur blijft een prioriteit van het hof zolang er niet nog urgentere zaken tussenkomen.
De rechters moetn hun eigen oordeel anoniem aan het papier toevertrouwen in een soort privé–uitspraak. Deze opinies worden besproken en de president bekijkt welke visie het meest wordt beargumenteerd. Die geldt dan als de visie van de meerderheid en leidraad voor een oordeel van het hof.
De rechters komen vervolgens bijeen om drie magistraten te kiezen die de meerderheidsvisie hebben aangehangen. Indien de president van de rechtbank tot die meerderheid behoort is hij automatisch voorzitter van de groep van drie. Deze drie geselecteerde magistraten hebben de taak het oordeel van het hof te schrijven.
Over dat uiteindelijke stuk moeten alle vijftien zich in een stemming uitspreken met ja of nee. De meerderheid bepaalt dan of het oordeel dat van het Internationaal Gerechtshof wordt. De magistraten kunnen indien ze dat wensen een eigen toelichting voegen bij het oordeel.