Het percentage Amerikanen met obesitas is met 37 procent het hoogst onder vrouwen, terwijl 30 procent van de vrouwen in de onderzochte leeftijdscategorie overgewicht hebben. Het percentage mannen dat obesitas heeft ligt iets lager dan bij de vrouwen (35 procent), maar zo’n 40 procent heeft wel last van overgewicht. Dat komt erop neer dat twee op de drie vrouwen te zwaar is en drie op de vier mannen.

Uitgesplitst naar etnische afkomst, is het probleem het grootst bij Afro-Amerikanen. Liefst 57 procent van de vrouwen heeft obesitas, tegenover 39 procent van de mannen. Van de Afro-Amerikanen maakt 17 procent van de vrouwen het zelfs zo bont dat ze leiden aan extreme obesitas. De blanke Amerikanen zijn relatief het gezondst.

Om te bepalen of iemand obesitas heeft, wordt gekeken naar de verhouding tussen het gewicht en de lichaamslengte, wat resulteert in een BMI-waarde. Ligt die waarde tussen de 18,5 en 24,9, dan heeft iemand een gezond gewicht. Tussen de 25 en 29,9 wordt bestempeld als overgewicht. Scoren mensen boven de 30, dan lijden ze aan obesitas. Extreme obesitas wordt toegekend aan een BMI van boven de 40.

Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het Centers for Disease Control and Prevention, dat de gezondheid van de Amerikaanse bevolking monitort. Volgens het instituut tonen de cijfers dat de VS flink in moeten zetten om het overgewicht tegen te gaan. Overgewicht en obesitas verhogen onder meer het risico op chronische ziekten, zoals diabetes type 2 en hart- en vaatziekten. Te zware mensen hebben daarnaast ook een grotere kans om kanker te krijgen. Hoe zwaarder je bent, hoe groter het risico.