Economie

Uitleg: meer geld lenen aan Grieken of ze gaan failliet

BRUSSEL. Begin 2010 treden de problemen met Griekenland in volle omvang aan het licht. Spannende momenten volgen, ook in de jaren erna. Komt er noodhulp of glijdt het land weg in een faillissement? Weer ligt die vraag voluit op tafel. De actuele situatie en mogelijke scenario’s in de komende dagen aan de hand van enkele trefwoorden.

Arie de Rooij
18 June 2015 13:50Gewijzigd op 15 November 2020 19:47
Premier Tsipras. beeld AFP
Premier Tsipras. beeld AFP

EUROGROEP. Onder voorzitterschap van Dijsselbloem is vanmiddag in Luxemburg de eurogroep (de ministers van Financiën van de eurolanden) bijeengekomen. In februari beloofden de Grieken verdere bezuinigingen en hervormingen, in ruil voor verlenging van het hulpprogramma tot eind juni. Van een uitwerking in een definitief akkoord, met daarna uitbetaling van het resterende bedrag van 7,2 miljard euro aan noodkrediet uit het huidige pakket, kwam echter niets terecht. Alle overleg in de voorbije periode bleef zonder resultaat.

Als geldschieters fungeren de eurolanden, het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Europese Centrale Bank (ECB). Zij eisen onder andere een versobering van het pensioenstelsel, maar de regering in Athene verzekert de achterban dat zij op dat terrein geen concessies zal doen. Een schuldvermindering, een gedeeltelijke kwijtschelding, noemt zij op haar beurt als een van de belangrijkste wensen. Geen denken aan, zeggen de crediteuren. Het zijn slechts twee kwesties waarover de standpunten mijlenver uiteen liggen. De kans op overeenstemming binnen de eurogroep lijkt dan ook uiterst klein. Toch is het eindstation in de onderhandelingen daarmee waarschijnlijk niet bereikt.

REGERINGSLEIDERS. Bij een mislukking vandaag volgt er op korte termijn een top van de regeringsleiders. Dan ligt het dossier echt op het allerhoogste politieke niveau. Als Griekenland, waar de meeste burgers de euro niet kwijt willen, nog stappen zet, gebeurt dat alleen onder maximale druk en pas op het allerlaatste moment. Premier Tsipras gaat dan terug naar de eigen bevolking met de verontschuldiging: we stonden met de rug tegen de muur, we konden niet anders. In de achterliggende maanden heeft hij ook al eens geopperd een referendum te organiseren, zodat de kiezer mag beslissen.

Op cruciale momenten in het verleden was er telkens op de valreep toch een deal. Verschil is wel dat er nu in Athene een coalitie zit met onervaren politici, die hebben beloofd radicaal te breken met het saneringsbeleid en die na de verkiezingen van eind januari bepaald geen blijk gaven van een constructieve opstelling.

AKKOORD. Niettemin mogen we een akkoord niet helemaal uitsluiten. Niemand koerst bewust aan op een faillissement en eventueel een Grexit, een vertrek van Griekenland uit de eurozone. Beide kampen beseffen dat de gevolgen daarvan ongewis zijn, dat er flinke risico’s aan kleven en dat het daarom beter is die uitkomst te vermijden.

Een akkoord zal betekenen: verdergaan met pappen en nathouden. Te denken valt aan nogmaals een verlenging, met een aantal maanden, van het lopende reddingsplan. De Grieken krijgen dan weer wat geld en zijn even uit de brand. Voor de langere termijn is het onvoldoende. Voorlopig kunnen zij niet op eigen benen staan en zelf kapitaal aantrekken op de internationale markt. Dus zijn straks meer noodleningen nodig. De onderhandelingen over de voorwaarden daarbij worden geheid weer een uiterst moeizaam proces.

FAILLISSEMENT. Gaat het mis, dan ligt een faillissement in het verschiet. Griekenland moet eind juni ruim 1,5 miljard euro aflossen bij het IMF. Volgende maand wachten nieuwe financiële verplichtingen. Dat lukt niet, want de kas is leeg. Er zal dus sprake zijn van wanbetaling. Een staat blijft in die situatie natuurlijk, anders dan een bedrijf, gewoon bestaan. Argentinië overkwam het begin deze eeuw.

De schuldeisers, waaronder Nederland, zullen als het daarop uitdraait, het geleende geld geheel of gedeeltelijk niet meer terugzien. Er moeten dan in internationaal verband onderhandelingen beginnen over een schuldsanering. Tot dusver heeft het Griekse drama ons niet veel gekost. We verstrekten alleen leningen. Als die niet terugbetaald worden, betekent dat pas echt een strop. De vorderingen op de Griekse overheid van buitenlandse banken en andere private partijen zijn de afgelopen jaren sterk verkleind. Zij zullen geen grote verliezen lijden.

Anders ligt het voor de Griekse banken. Die raken wellicht in moeilijkheden. Klanten hebben uit voorzorg al tientallen miljarden euro’s van hun spaarrekeningen gehaald. De ECB biedt ter compensatie volop liquiditeit aan. Daar dient wel onderpand voor te zijn. Tot nu toe gebruiken de banken daarvoor hun bezit aan Griekse staatsobligaties. Maar dat papier wordt na een faillissement nagenoeg waardeloos en officieel moet ‘Frankfurt’ dan de geldkraan dichtdraaien. Om een bankrun te voorkomen, is het trouwens denkbaar dat de overheid de financiële bedrijven tijdelijk sluit en de geldautomaten buiten werking stelt.

GREXIT. Een Grexit als uitvloeisel van een faillissement is een mogelijkheid, maar geen automatisme. De spelregels van de monetaire unie voorzien niet in het uittreden van deelnemers. Het was bij de oprichting ervan immers de bedoeling een onomkeerbaar project te realiseren, zodat onzekerheid op dat punt en valutarisico’s definitief tot het verleden zouden behoren. Als Griekenland uitstapt en terugkeert naar een eigen munteenheid, kan een ander land op enig moment hetzelfde doen en roep je twijfels op over de houdbaarheid van het systeem.

MARKTEN. Blijft een akkoord uit, dan zal dat, ongeacht de ontwikkelingen daarna, onrust veroorzaken. De EU en de overige instellingen hebben vast en zeker allerlei scenario’s en noodmaatregelen achter de hand. De dreiging dat het een keer fout loopt met de Grieken bestaat tenslotte al jaren. Toch weet niemand wat er –dat geldt zeker bij een Grexit– precies gaat gebeuren. We betreden onbekend terrein.

De meningen zijn verdeeld. De één verwacht dat de gevolgen te behappen zijn en dat die de eurozone niet in gevaar brengen, de ander waarschuwt voor mogelijk ernstige consequenties. In ieder geval zagen we deze week dat op de markten de rente die de Zuid-Europese landen moeten betalen als zij lenen, stijgen. Dat duidt erop dat in de ogen van de kapitaalverschaffers de risico’s toenemen en dat zij daarom een hogere vergoeding vragen.

Over de effecten voor de economie van Griekenland klonken gisteren sombere geluiden van de zijde van de nationale centrale bank daar. Die voorziet dat bij geen akkoord de toch al ongunstige situatie alleen maar zal verergeren, met stijging van de inflatie, daling van het inkomen en toename van de werkloosheid.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer