Muziek

Engelsen genieten van Groninger orgeltuin

Engeland heeft orgels. Maar Nederland heeft mooie orgels. Voor het elfde jaar op rij maakte eind mei een groep Engelsen een tour in ons land om de mooiste historische instrumenten te horen. En zelf te bespelen.

Jaco van der Knijff

17 June 2015 14:51Gewijzigd op 15 November 2020 19:46
Bij het orgel in de Martinikerk. Beeld Malcolm Gibbs
Bij het orgel in de Martinikerk. Beeld Malcolm Gibbs

Dit jaar verkent de groep de provincie Groningen, met uitstapjes naar Noord-Duitsland en Kampen. Deze woensdag staat de stad Groningen op het programma: ’s ochtends de Martinikerk, ’s middags de Der Aa-kerk. „Twee van de mooiste orgels van ons land”, aldus organisator Johan Stolk (zie ”Dutch Organ Tours”). Hij prijst zich gelukkig dat hij dit jaar Sietze de Vries, die het Groninger orgelland als zijn broekzak kent, heeft kunnen strikken om de hele week met de groep op te trekken.

De Vries bekent in zijn toelichting in de Martinikerk dat het Schnitgerorgel dat daar staat voor hem het mooiste instrument ter wereld is. „Zoals het speelt, zoals het klinkt in deze ruimte: het is de perfecte situatie.” Hij gaat naar boven en laat met een groot preludium van Bruhns de grandeur van het orgel horen. Alleen een hanger in het pedaal verstoort even de concentratie.

Dan een klankdemonstratie. De wijde Holfluit van het bovenwerk en de renaissance-Bourdon van het rugwerk. „Dat matcht perfect”, aldus De Vries. De Spitsfluit 4’ van het rugwerk is een verhaal apart. „Van Oeckelen heeft in de 19e eeuw veel oud pijpwerk verwijderd. Eén pijp van de Spitsfluit, die uit de 16e eeuw stamt, bleef echter bewaard en kwam hier in een museum terecht. Aan de hand van die ene pijp kon Ahrend in de jaren tachtig van de vorige eeuw het hele register reconstrueren.”

Natuurlijk moet de Prestant 32’ van het pedaal gehoord worden: de enige van Schnitger die bewaard bleef. En de Salicet 8’ van Lohman uit de 19e eeuw op het hoofdwerk, waarmee je volgens De Vries het orgel ook romantisch kunt laten klinken.

Pedaal

Dan is het moment aangebroken waarom het de deelnemers allemaal begonnen is: zij mogen naar boven. Tenminste, de helft van de groep van zestien, die overigens ook een Duitser en een Frans echtpaar telt. Acht spelers is het maximum, volgens Stolk. „Daarom houd ik de groep ook klein. Als alle acht tien minuten spelen, ben je anderhalf uur verder.”

Boven bij de speeltafel worden de schoenen verwisseld en komt de muziek tevoorschijn. Geen Engelse barokmuziek, maar stukken van Bach, Buxtehude en Lübeck of een 16e-eeuwse zetting van Psalm 124. De Française speelt Couperin en Spaanse muziek, terwijl haar man filmt.

Eén deelnemer begint met Bachs ”Valet will ich dir geben”, maar hij krijgt de slag niet te pakken. ”Vater unser” dan: dat lukt ook niet. Met een verontschuldigend gebaar schuift de man weer van de orgelbank af. De Nederlandse orgels zijn voor de Engelsen niet eenvoudig te bespelen, weet Stolk. „Met name het pedaal heeft hier een heel andere ligging dan bij hun eigen orgels. Bij hen staan de pedaaltoetsen in een waaier.”

Paul Ritchie uit Cullercoats (bij Newcastle) zet een compositie van Sietze de Vries op de lessenaar: een partita over Psalm 60 in barokstijl. Niet eenvoudig, maar de Engelsman heeft er duidelijk flink op gestudeerd. Waarom hij muziek van De Vries speelt? „Ik kende Sietze van cd’s. Toen ik vorig jaar december m’n 60e verjaardag vierde, wilde ik iets speciaals doen. Daarom heb ik Sietze een mail gestuurd met de vraag een compositie voor mij te schrijven. Dat deed hij.”

Ritchie is 24 jaar organist geweest van de St George’s Church in Cullercoats, waar naar zijn zeggen een bekend orgel van T. C. Lewis uit 1885 staat. Niettemin steken de orgels in zijn geboorteland schril af bij wat Nederland te bieden heeft, stelt hij. „Bij ons zijn de instrumenten veel kleiner. Zulke orgels als hier hebben we niet. En evenmin zulke kerken.”

Sue Gregory uit Clevedon (bij Bristol) speelt een groots preludium en fuga van Buxtehude, terwijl haar man, Malcolm Gibbs, plaatjes schiet. Gregory blijkt een ervaren speelster. Ze is professioneel pianist, vertelt ze even later als ze weer beneden is. In 1991 was ze voor het eerst in Nederland, als toerist. Later kwam ze voor de orgels: de eerste keer dat Stolk dit organiseerde, was ze er al bij. En ze bleef komen. „Ik heb maar één keer gemist.” Ze noemt de orgels in Engeland „niet muzikaal” en niet historisch. In Nederland zijn ze daarentegen „super, fantastisch!”

Ze raakte zo gecharmeerd van de Hollandse orgels dat ze besloot een Nederlands instrument aan te schaffen. Na het overlijden van Martin Kamminga uit Weesp in 2013 kwam diens huispijporgel te koop: een tweeklaviers instrument van Van Vulpen uit 1978. Stolk is het hoogstpersoonlijk in Clevedon gaan brengen.

Intussen heeft de laatste deel­nemer de toetsen beroerd en sluit De Vries dit deel van het programma af met een improvisatie over Psalm 124. Als het stralende slotakkoord langs de gewelven van de Martinikerk wegsterft, verzucht Gregory: „Dit is waarvoor we hiernaartoe komen.”

Goud

Het orgel in de Der Aa-kerk staat, net als dat van de Martinikerk, op naam van Arp Schnitger. Maar het is heel anders, aldus De Vries. Hij vertelt over de enorme discussies die de afgelopen decennia over dit instrument zijn gevoerd. „Sommigen wilden terug naar Schnitger, anderen wilden dat de veranderingen die in de 19e eeuw waren doorgevoerd, gehandhaafd bleven. De laatsten hebben gewonnen.”

Zodoende werd het een orgel dat zowel een barokke als een romantische kant heeft. Met beide kun je een eind komen, aldus De Vries. „Je kunt hier ook Brahms en Mendels­sohn spelen. Maar de brede barokke sound van de Martinikerk kun je hier niet realiseren.” Niettemin is het volgens De Vries een prachtig orgel. „Wat je ook voor register opentrekt, het wordt goud in deze ruimte.”

De Vries demonstreert het instrument met een uitvoerige improvisatie over het Gebed des Heeren. Vervolgens is het de beurt aan de acht spelende deel­nemers. Veel ruimte is er niet bij de speeltafel: de organist zit met zijn rug tegen het rugwerk. De Vries is naar beneden gegaan, zodat de spelers de registraties zelf uit moeten zoeken. Dat gaat niet hele­maal vlekkeloos. „Als je rechts zit van de organist, kun je niet zien wat er links van de speeltafel openstaat”, verzucht Stolk, die assisteert. Opnieuw zetten de deelnemers met name barok­muziek op de lessenaar.

Beneden zit David Hitchin (73) stil te luisteren naar de verrichtingen van de mededeelnemers. Hij komt uit Seaford (bij Eastbourne). Negen jaar geleden ging hij voor het eerst met de tour mee, en sindsdiens is hij jaarlijks van de partij. Hij vertelt dat hij een beetje orgel kon spelen. Maar sinds hij drie jaar geleden een herseninfarct heeft gehad, zit dat er niet meer in. Dat weerhoudt hem er echter niet van toch naar Nederland te komen. Zijn vrouw blijft thuis. „Die houdt niet zo van orgels.”

Hitchin vertelt dat hij als 15-jarige jongen al lp’s van Piet Kee uit Alkmaar kocht. Veertien jaar geleden kwam hij speciaal voor het Müllerorgel van de Haarlemse Bavo naar Nederland. Sindsdien leerde hij het orgellandschap hier kennen. Wat hij het mooiste instrument vindt? „Dat is moeilijk.” Na enige nadenken: „Het orgel van de lutherse kerk in Den Haag. Daar waren we een paar jaar geleden. Aart Bergwerff heeft er toen gespeeld. Wat een klank!”

Is hij er bij gezondheid volgend jaar weer bij? „Absoluut! Dit heeft voor mij topprioriteit.”


Dutch Organ Tours

Johan Stolk (59) uit Elburg organiseerde in 2005 de eerste tour voor Engelse organisten. „Bij de toenmalige secretaris van de Stichting tot behoud van het Nederlandse orgel kwam in 2003 een brief binnen van een Engelse organistenvereniging. Of de stichting kon helpen een tour langs Nederlandse orgels te organiseren. Die brief bleef liggen. Toen ik secretaris van de stichting werd, kwam ik ’m weer tegen. Nu ben ik een anglofiel en kom ik vaak in Engeland, dus ik vond dat wel leuk om te doen.”

De eerste reis in 2005 werd een succes, waarop Stolk besloot door te gaan. Het initiatief groeide uit tot wat nu Dutch Organ Tours heet. „Ik adverteer alleen in het Engelse organistenblad Organists’ Review, waardoor er met name Engels­talige mensen meegaan. Overigens soms ook uit Nieuw-Zeeland, Australië en de Verenigde Staten. En, zoals dit jaar, een enkeling uit Duitsland of Frankrijk. Ongeveer de helft is ieder jaar weer van de partij.” De deelnemers betalen omgerekend zo’n 800 euro voor de zesdaagse excursie.

Stolk is in het dagelijks leven consultant bij KPN. Eén week in het jaar neemt hij vrij om de buitenlanders van maandag tot en met zaterdag in twee busjes mee te nemen. In het hele land is hij al geweest. De organisten Rien Donkersloot en Arjen Leistra zijn vaak van de partij om de orgels te demonstreren.

Meestal zijn het historische orgels waar Stolk de deelnemers mee naartoe neemt. Maar hij liet hen ook kennismaken met de nieuwe orgels in de gereformeerde gemeenten van Gouda (Van Vulpen) en Bodegraven (Reil). Daarnaast is er ruimte in het programma voor uitstapjes naar orgelbouwers of naar bijvoorbeeld Museum Speelklok in Utrecht.

Dit jaar ging de groep behalve naar de stad Groningen naar Kantens, ’t Zandt, Appingedam, Loppersum, Zeerijp, Eenum en Zuidbroek, en in Noord-Duitsland naar Marienhafe en Norden. Op weg naar Schiphol brachten de deelnemers vanmorgen nog een bezoek aan de Bovenkerk in Kampen.

Voor volgend jaar heeft Stolk het plan om naar Noord-Holland te gaan. Hij somt moeiteloos een reeks orgels op die de moeite waard zijn. Waarschijnlijk zal de groep ook een bezoek brengen aan de werkplaats van orgelmaker Flentrop in Zaandam.

Stolk, lid van de Hersteld Hervormde Kerk, zegt zelf geen noot te kunnen spelen. Wat hem drijft? „Het is een leuke hobby. Sinds m’n jeugd ben ik geboeid door het orgel. Ik ging veel naar concerten; spelen was voor mij echter niet weggelegd. Mensen worden zo enthousiast van wat wij hier aan orgelcultuur hebben, dat inspireert mij. Je mag me gerust een ambassa­deur van het historische orgel in Nederland noemen.”

Meer informatie: www.dutchorgantours.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer