In Amerika is veel vraag naar de eierproducten die onder meer worden verwerkt in hamburgers, sportvoeding, koekjes en ijs. Door een uitbraak van vogelgriep in het middenwesten van de VS zijn er bovendien minder eieren beschikbaar.

Nederland telt 32 miljoen leghennen. Die produceren samen circa 10 miljard eieren per jaar. Twee derde gaat de grens over, als consumptie-ei en in bewerkte vorm. De exportwaarde is circa 600 tot 700 miljoen euro. In totaal kan ruim 400.000 kilo eipoeder van 100 miljoen Nederlandse eieren naar Amerika om daar te worden verhandeld, goed voor ongeveer 10 miljoen euro.

Anevei, de Nederlandse vereniging voor verpakkers en industriële verwerking van eieren, spreekt van goed nieuws voor de sector. Wel waarschuwde voorzitter Hubert Andela dat de impuls voor de export mogelijk van korte duur is. „We moeten ervoor waken dat we over bijvoorbeeld zes maanden of een jaar geen overschot ontstaat hier, wanneer de Amerikanen hun productie weer op orde hebben”, zei hij.

In eerste instantie zal Nederlands eiwit in poedervorm worden verscheept. Mogelijk worden later ook consumptie-eieren geëxporteerd.

Dat er meer eieren over de grens verdwijnen betekent overigens niet dat de prijzen voor eieren in Nederland zullen stijgen, verwacht Andela. „Supermarkten hebben over het algemeen langjarige contracten met leveranciers. Daarbij is het prijspeil van eieren in Nederland al jaren redelijk stabiel. Eerdere tekorten waren ook nauwelijks van invloed op de prijs.”