„Expositie over zelfmoord gericht op preventie”
AMSTERDAM. Het aantal zelfmoorden in Nederland stijgt al jaren. Het Nederlands Uitvaart Museum Tot Zover in Amsterdam wijdt er een expositie aan. „Het doel is levens te redden.”
Minister Schippers zal de expositie op 25 juni openen, zo maakte het museum deze week bekend. De tentoonstelling omvat een selectie van Amerikaanse persfoto’s die tonen hoe mensen worden „gered van hun zelfmoord” doordat ze elkaar opvangen. Ook is er een kunstwerk te zien waarin artikelen uit voornamelijk buitenlandse kranten en blogs zijn verwerkt over „ruim 300 zelfmoorden die het gevolg zijn van de economische crisis.” En een korte film vraagt aandacht voor een „urgent sociaal probleem: eenzaamheid.”
Leent een –onder meer voor nabestaanden– pijnlijk thema als suïcide zich wel voor een tentoonstelling? Ja, zegt conservator Babs Bakels van het museum. „Het doel is mensen aan te zetten tot het zoeken van hulp en daardoor levens te redden. We maken in ons museum altijd exposities over de dood. Deze tentoonstelling is, hoe paradoxaal het misschien ook klinkt, de eerste die gaat over het leven.”
Bakels liep al langere tijd rond met het idee. „Toen een vriend van mij vorig jaar zelfmoord pleegde, kwam het ineens heel dichtbij. Ik besefte: dit gebeurt gemiddeld vijf keer per dag. Daar zijn minimaal vijftig tot honderd nabestaanden bij betrokken die achterblijven met verdriet en rouw, en voor hun gevoel vaak levenslang hebben.” Het museum overweegt rond de expositie een bijeenkomst voor nabestaanden te beleggen.
Volgens Bakels is het nodig dat gedachten over zelfdoding meer bespreekbaar worden gemaakt, „en niet worden veroordeeld als aandachttrekkerij. Het is van belang dat mensen erover durven praten, zich gezien en gehoord voelen en liefde ervaren. Een deel van de suïcides zou te voorkomen zijn als mensen hulp durven zoeken. Daarom plaatsen we bij alle berichten hierover de gegevens van 113Online, een organisatie voor suïcidepreventie.”
Psychiater Jan Mokkenstorm, directeur van 113Online, is nauw betrokken bij de opzet van de tentoonstelling en zal bij de opening samen met de conservator minister Schippers rondleiden. „De eerste keer dat ik erover hoorde, was ik aarzelend, maar ik heb gemerkt dat het museum het onderwerp op een verantwoorde wijze bespreekbaar wil maken.”
De expositie straalt volgens Mokkenstorm uit „dat mensen hun wanhoop kunnen overleven. Ook roept hij op niet weg te kijken van het toenemende aantal zelfodingen, maar een helpende hand uit te steken. Dat spreekt me erg aan. We leven in Nederland niet meer zo bij de Bijbel, en de vraag ”Ben ik mijn broeders hoeder?” is bijna besmettelijk geworden. Maar dat zijn we natuurlijk wel. We moeten naar elkaar omzien en elkaar helpen.”
Volgens psycholoog en theoloog, Hanneke Schaap-Jonker, rector van het Kennisinstituut Christelijke GGZ, past de expositie bij de toenemende aandacht voor suïcidepreventie. „Er wordt een link gelegd met de economische crisis. Dat laat zien hoe dominant een waarde als geld verdienen is en welke gevolgen het kan hebben als je daarin niet succesvol bent. Het zou goed zijn ook aandacht te vragen voor zingeving. Suïcide kan immers ook gezien worden als een uiting van een totale mislukking aan zingeving, waardoor het leven niet meer de moeite waard is.”
Schaap wijst erop dat kerken vanouds fungeerden als sociale netwerken met oog voor de naaste. „Dat resulteerde volgens onderzoek in minder suïcides, ook onder niet-gelovigen. De vraag is of we nog voldoende oog hebben voor medemensen in nood, ook buiten de kerk, of dat we op dat terrein te veel laten liggen.”
Of de expositie zal bijdragen aan een vermindering van het aantal zelfmoorden, durft conservator Bakels niet te zeggen. „Ik hoop dat we er in ieder geval aan meewerken dat het taboe van het onderwerp af gaat. Als we er één leven, en liefst meer, mee zouden redden, zou dat mooi zijn. Dat is dan weer een stapje in de goede richting.”
Lees ook
Luisterend oor bij suïcidale gedachten, Reformatorisch Dagblad (19 december 2013)