Volgens Dijsselbloem was „het vertrouwen in Huges aan mijn kant verdwenen”. De druppel was volgens de bewindsman „de onjuiste verklaring” die de NS’er heeft gegeven over zijn eigen rol. Dijsselbloem sprak bovendien van concurrentievervalsing. „De rol van de NS vergt een hoge mate van integriteit, maar die was in de afgelopen jaren niet aanwezig.” De inmiddels vertrokken NS-baas „had open kaart moeten spelen”.

Huges kwam ten val door onregelmatigheden bij de aanbesteding van het openbaar vervoer in Limburg. Een dochterbedrijf van NS nam een oud-medewerker van concurrent Veolia in dienst en kreeg zo vertrouwelijke informatie. Er waren nog meer problemen. „Bij al deze incidenten, als het nog incidenten zijn, heeft ook Huges een rol gespeeld die niet goed is, uiteenlopend van slordig tot echt onjuist en in strijd met de wet.” Dijsselbloem kon niet zeggen of er mogelijk juridische gevolgen komen.

Volgens de minister had ook de raad van commissarissen van de NS geen vertrouwen meer in Huges, die daarop opstapte.

In een brief aan de Kamer schrijft Dijsselbloem dat bij het spoorbedrijf een „zwak ontwikkeld normbesef en beoordelingsvermogen en te beperkte reflectie op de positie van de NS in het ov-stelsel in Nederland” is. De NS moet een „diep cultuurveranderproces” ondergaan.