Een onafhankelijke commissie nam op verzoek van de kerk de afgelopen drie jaar 1885 meldingen van misbruik onder de loep. In iets minder dan de helft van de gevallen was er daarbij volgens de klagers ook sprake van seksueel misbruik. De commissie onderzocht tevens hoe de kerk sinds 1950 heeft gereageerd op klachten en beschuldigingen.

De secretaris-generaal van de Methodistenkerk, dr. Martyn Atkins, zei dat de misbruikzaken „blijvend een diepe bron van verdriet en schaamte” vormen. Uit het onderzoek blijkt dat er in een kwart van de gevallen predikanten zijn betrokken bij misbruikzaken.

De voorzitter van de onderzoekscommissie, Jane Stacey, riep op tot een cultuurverandering in de kerk. Predikanten verkeerden volgens haar in „een bijna unieke vertrouwenspositie” op „zeer kwetsbare momenten” in de levens van mensen. De kerk moet volgens haar meer doen om te voorkomen dat er dingen misgaan.

De klachten die de commissie onderzocht, liepen uiteen van het maken van ongepaste opmerkingen via Facebook tot daadwerkelijk ernstig misbruik. Stacey stelde dat er in een aantal misbruikzaken een enorme hoeveelheid schokkende informatie naar boven kwam. „Ik denk dat het voor de samenleving duidelijk moet worden dat er veel meer misbruik is dan gedacht wordt, ook op plaatsen waar niemand het zou verwachten. De kerk vormt daarop geen uitzondering.”