Commentaar: Dansen op een graf is respectloos
Dansen op een graf. Doorgaans is dat een daad van verbitterde overwinnaars die daarmee hun minachting over de verslagenen willen uitdrukken. Tegelijk is dat het visitekaartje van de dansers. Zij laten zo zien te lijden aan een groot gebrek van beschaving.
Daarom is het onbegrijpelijk dat de burgemeester van Alkmaar toestemming verleende aan het dansgezelschap WArd/waRD om een voorstelling te geven op de algemene begraafplaats van zijn stad. Evenzo is het werkelijk ongelofelijk dat de rechter vervolgens ook nog eens uitsprak dat het optreden toegestaan was.
Dat gewone burgers zoiets bedenken, is al erg genoeg. Dat de hoeders van wet, regels en respect geen bezwaar hebben, tekent het verval van onze beschaving. Wie zelfs de doden geen respect toont en hun geen rust gunt, heeft alle besef van eerbied verloren.
Dat de voorstellingen van WArd/waRD uiteindelijk zijn afgelast, is het gevolg van bedreigingen. Die methode is zeker af te keuren. Geweld en bedreigingen mogen nooit een middel zijn om het eigen gelijk te halen. Maar de autoriteiten moeten zich wel afvragen in hoeverre zij zelf medeschuldig zijn aan deze kwalijke handelwijze. De burgemeester met zijn vergunning en de rechter met zijn vonnis hebben de nabestaanden van overledenen getart.
Een begraafplaats is de plaats waar van oudsher rust en sereniteit heersen. Mensen zoeken deze plaats op om hun verdriet te beleven. Op deze plaats van herinnering en rouw is geen ruimte voor feesten en vrolijkheid, laat staan dat daar een groep gaat dansen. Doorgaans is dat een expressie van uitgesproken vreugde.
Dat mensen zoiets bedenken, past overigens in de maatschappelijke ontwikkeling om de dood van alle taboes te ontdoen. De dood moet zo ”doodgewoon” worden. Het overlijden van een naast familielid lijkt vandaag de dag soms zelfs niet meer dan een hinderlijke onderbreking van de eigen agenda te zijn. Stilstaan bij de dood? Daar is in onze samenleving vaak geen ruimte voor. Het is veelzeggend dat het gebruik om als verkeersdeelnemer te stoppen voor een begrafenisstoet, min of meer verdwenen is.
Terecht merkte een deelnemer aan een internetforum op dat progressieven die het optreden van dit dansgezelschap in Alkmaar verdedigen, allerlei rituelen rond dood en begraven in minder ontwikkelde landen willen koesteren. „Primitieve volken betonen hun doden de grootste eer. Dat vinden moderne mensen in ons land vaak zo lekker cultureel. Daar moeten we als westerlingen met onze handen van afblijven. Waarom laten we onze eigen graven dan niet met rust?”
Rust en stilte op een begraafplaats zijn eerst en vooral een teken van respect voor de doden. Maar dat is het niet alleen. Het is ook een uiting van eerbied voor de dood; de laatste en voor mensen onoverwinnelijke vijand. Juist de sereniteit die aan een begraafplaats eigen behoort te zijn, dwingt mensen tot bezinning. Daar beseffen ze dat het leven niet alles is. Het is eindig. Daarvan spreken de zerken. Dat besef mag niet worden verdrongen door gedans en feestgedruis. Wie dat wel doet of toestaat, begaat een ernstige fout.