Psalmgezang in Spanje en Latijns-Amerika
Tijdens de zendingsmiddag van de Spaanse Evangelische Zending (SEZ) in Sliedrecht klonken twee weken geleden Spaanse psalmen. Daar gaat een lange geschiedenis achter schuil, want vanzelfsprekend is het allerminst dat Spaanstaligen psalmen zingen op de melodieën van Genève.
Plonie Landman-de Wit, als vrijwilligster betrokken bij de SEZ, liet in Sliedrecht voor de pauze een paar psalmen in het Spaans horen. Na de pauze nodigde de voorzitter alle Spaanssprekenden in de zaal uit om mee te doen, zodat een klein koortje van zeven mensen ontstond, van wie er enkele in Latijns-Amerika geboren zijn, vertelt SEZ-bestuurslid A. Stam uit Apeldoorn. „Dat was een bijzonder moment.”
Landman onderhoudt vanuit Nederland schriftelijk pastoraal contact met alleenstaande vrouwen in onder andere Cuba. Soms gaat ze mee met een bezoek naar het land van Castro. In kerkdiensten zingt ze dan een paar psalmen. Ook maakte ze met familie en vrienden een eenvoudig cd’tje waarop ze onder meer psalmen zingt. „Dat vinden ze in Cuba prachtig”, aldus Stam, „hoewel wij de Cubanen niets opdringen.”
Sinds 2010 zijn alle 150 psalmen op de Geneefse melodieën in het Spaans beschikbaar, uitgegeven in de Verenigde Staten. Motor achter het bundeltje ”Salterio”, waarin alleen teksten staan, is de Spaanse predikant Jorge Ruiz. In zijn presbyteriaanse gemeente in Miranda de Ebro, dicht bij Spaans Baskenland, zingt de predikant al sinds 2007 deze psalmen.
De SEZ biedt de bundel aan in het pakket met lectuur dat in de Spaanstalige wereld wordt verspreid. Omdat het om een tekstuitgave gaat en de melodieën vaak onbekend zijn, verspreidt de SEZ bovendien opnamen van alle psalmen. Stam: „Ds. Ruiz heeft de psalmen met zijn vrouw ingezongen en die opnamen zijn te beluisteren via de site van de uitgever. Echter, in Cuba is geen vrij internet. Dus de predikanten en voorgangers daar kunnen die site niet gebruiken. Daarom hebben wij op de usb-stick met lectuur en zondagsschoolmateriaal plek ingeruimd voor de psalmmelodieën. Die sticks vinden gretig aftrek. Per reis naar Cuba raken we er zo’n 130 kwijt. Inmiddels zijn er vele honderden sticks verspreid in Cuba.”
Hachelijke onderneming
Ds. Ruiz maakte voor zijn uitgave gebruik van eerdere psalmberijmingen die in het Spaans verschenen. Al aan het begin van de 17e eeuw ondernam namelijk iemand een poging om de Franse psalmen van Genève over te zetten in het Spaans. Dat was Juan de Enzinas, die in Spanje werkte onder de schuilnaam Juan le Quesne. Hij berijmde zeventig psalmen, de Tien Geboden en de Lofzang van Simeon.
Dat was in die tijd een hachelijke onderneming, stelt Stam. „Het protestantisme is in Spanje eeuwenlang verboden geweest. Pas in 1869, tijdens de zogenoemde ”Tweede Reformatie”, kwam daar korte tijd verandering in. Vóór die tijd waren kerkdiensten door ”luthersen”, zoals de protestanten werden aangeduid, eigenlijk niet mogelijk. Als men samenkwam, werd er gedempt gesproken, en waarschijnlijk al helemaal niet gezongen. Toch staat in de gezaghebbende geschiedenissen van de Spaanse inquisitie dat de martelaren vaak psalmzingend de brandstapel op gingen. Hopelijk komt nog eens boven water wat voor soort psalmen dat waren.”
De protestanten in Spanje waren niet allereerst gericht op Calvijn en Genève, veelmeer op Erasmus en Luther. Des te opvallender is het dat Juan de Enzinas in 1606 zijn vertaling van de Geneefse psalmen –alleen teksten, geen melodieën– uitbracht. Niemand weet echter of er ooit door Spaanstaligen in Spanje of Latijns-Amerika uit deze bundel is gezongen, aldus Stam. „Het blijft een onbekend gebeuren rond die bundel.”
Van het psalmboek van Juan de Enzinas kwamen in de jaren 50 van de vorige eeuw plotseling in bibliotheken in Parijs en de Verenigde Staten twee exemplaren boven water. De in 1999 overleden vrijgemaakt gereformeerde zakenman F. J. Kerkhof, die veel in Spanje en Latijns-Amerika kwam, was juist in die tijd op zoek naar mogelijkheden om Spaanstalige protestanten aan het psalmzingen te krijgen. Helaas voor hem bleek de taal van de psalmen uit 1606 dusdanig verouderd dat ze niet bruikbaar waren voor zijn doel.
Grammofoonplaatjes
De Spanjecommissie van Kerkhofs gemeente, de vrijgemaakt gereformeerde kerk (later Nederlands gereformeerde kerk) van Rijswijk (ZH), ondernam vervolgens een poging om de psalmen in modern Spaans te laten berijmen. Diverse mensen werden ingeschakeld, onder wie ex-priesters die op de Wartburg van In de Rechte Straat in Velp verbleven. In 1967 was het eerste bundeltje gereed: negentien psalmen op muziek.
Niet alleen zorgde Kerkhof voor de psalmbundel, hij wilde ook dat de Spaanstaligen de nieuwe psalmmelodieën konden leren zingen. Hij vroeg daarom het NCRV Vocaal Ensemble onder leiding van Marinus Voorberg om de psalmen vierstemmig in te zingen. De opnamen werden via een album met drie vliesdunne plastic grammofoonplaatjes –vanwege het lichte gewicht– verspreid.
Na de eerste uitgave van 1967 werd een vervolg aan het project gegeven. Kerkhof kreeg onder anderen de hulp van een predikant uit de Peruaanse hoofdstad Lima, die in de jaren 70 een aantal psalmen berijmde. In 1982 kon een nieuwe uitgave gedrukt worden, nu met veertig psalmen. Opnieuw werden de psalmen ingezongen, deze keer door het Rotterdamse koor Deo Cantemus onder leiding van Arie Pronk, en werden ze via plastic grammofoonplaatjes en cassettebandjes verspreid.
Toen stokte het project echter. Het was de Spaanse predikant Jorge Ruiz die het idee een aantal jaren geleden weer oppakte en het complete psalmboek in het Spaans beschikbaar maakte. Hij gebruikte daarvoor zelfs enkele psalmen uit de 17e-eeuwse berijming van Juan de Enzinas, die hij hertaalde. Ook nam ds. Ruiz enkele psalmen over uit de bundeltjes die vanuit Rijswijk waren uitgegeven. De overige psalmen berijmde hij zelf.
Indrukwekkend
Stam is blij met het complete psalmboek, maar vraagt zich af of de psalmen een brede ingang zullen vinden in Spanje en Latijns-Amerika. „Je ziet daar nogal wat onkunde over het Oude Testament en dus over de vele verwijzingen naar de Middelaar in de psalmen. Daarnaast lijken de Geneefse melodieën niet echt bij de Latijnse volksaard te passen. Ze hebben daar toch meer met wat levendiger melodieën à la de bundel van Johannes de Heer. Wat ook meespeelt, is dat de protestanten in Latijns-Amerika, met name in Cuba, weinig kennis hebben van de doorwerking van de Reformatie in Europa. Daarnaast is er nog de zuigkracht van de pinksterkerken met hun eigensoortige muziek. Het zou weleens kunnen zijn dat dit project te laat komt.”
Niettemin kent Stam mooie voorbeelden van Spaanstalig psalmgezang. „Ds. Juan Carlos Samón, die het SEZ-steunpunt in Oost-Cuba leidt, is wél erg georiënteerd op Calvijn. Zijn gemeente zingt inmiddels een paar psalmen, onbegeleid. Zelden hoor je zo levendig zingen als in die diensten.”
Ook in Spanje klinken hier en daar de psalmen. „Ik was in november 2012 op de synode van de Iglesias Reformadas de España (IRE), het kleine kerkverband waarbij ook de gemeente van ds. B. Coster aangesloten is. Daar werden de psalmen heel mooi, gedragen ritmisch gezongen. Dat was indrukwekkend om mee te maken.”