Duitse kerken: Einde oorlog was voor Duitsland onverdiend nieuw begin
Het einde van de oorlog, op 8 mei 1945, was voor Duitsland een dag van een „geschonken en onverdiend nieuw begin.”
Dat schrijven dr. Heinrich Bedford-Strohm en kardinaal Reinhard Marx in een woensdag gepubliceerde verklaring ter gelegenheid van zeventig jaar einde van de oorlog. Bedford-Strohm is voorzitter van de EKD-raad, het belangrijkste orgaan van de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD); Reinhard-Marx is voorzitter van de rooms-katholieke Duitse bisschoppenconferentie.
Dag van de bevrijding
Het heeft lang geduurd voordat men in Duitsland de 8e mei 1945 niet slechts als „dag van de nederlaag”, maar als „dag van de bevrijding” wilde erkennen, memoreren de beide kerkelijke leiders. „Toen in 1985 de toenmalige bondspresident Richard von Weizsäcker in zijn beroemd geworden rede ter gelegenheid van veertig jaar oorlogseinde over de „dag van de bevrijding” sprak, leidde dat tot hartstochtelijke debatten. Vandaag zien we het duidelijker. Voor Duitsland was 8 mei een dag van een geschonken en onverdiend nieuw begin.”
Uitgestrekte hand
Europa lag op het moment dat de wapens zwegen in puin, schrijven Bedford-Strohm en Marx verder. „Miljoenen mensen waren gedood, ontdaan van hun bezittingen en op de vlucht.”
„Als we de dag van de capitalutie nu gedenken”, aldus de verklaring, „zijn we dankbaar dat na de totale ineenstorting in Europa een nieuwe, stabiele, vreedzame en democratische orde is ontstaan. De voormalige tegenstanders hebben, tegen alle verwachtingen in, het Duitse volk de hand tot verzoening aangeboden. Deze uitgestrekte hand heeft het voor Duitsland wezenlijk gemakkelijker gemaakt om zijn schuld voor een misdadige vernietigings- en uitroeiingsoorlog eerlijk te bekennen. De erkenning van schuld en verantwoordelijkheid voor het lot van vele miljoenen gevallen soldaten, gedode burgers, vervolgde en gevangen mensen en, vóór al het andere, de onvoorstelbare gruwelijkheden van de Sjoah, vormen vandaag een onlosmakelijk onderdeel van de politieke identiteit van ons land. Wij gedenken de slachtoffers van oorlog, onrecht en geweld met grote ontroering. De slachtoffers en hun geschiedenis blijven aanwezig en roepen ons ook vandaag op tot verantwoording.”
Dwars door de kerken
De voormannen van de EKD en Rooms-Katholieke Kerk in Duitsland schrijven verder dat het „tot grote smart” is te moeten erkennen „dat ook christenen en kerken door hun doen en door hun zwijgen schuldig zijn geworden en de scheur tussen daders en slachtoffers dwars door de kerken liep. Wij gedenken met grote dankbaarheid de moedige getuigen die het onrecht en de barbarij weerstonden. We bekennen echter ook, dat de kerken zich niet duidelijk tegen het onrecht hebben verzet en dat ook vele christenen zich vrijwillig hebben opgeofferd voor de onmenselijke ideologie van het nationaalsocialisme en de daaruit voortkomende daden.”