Prof. Derksen: Ouders zijn te trots op hun kind
NIJMEGEN. De kosten van de geestelijke gezondheidszorg zijn in tien jaar verdubbeld. Voor psycholoog Derksen staat als een paal boven water wat een van de oorzaken daarvan is: jongeren leren niet meer omgaan met frustraties, doordat hun opvoeders geen basis meer hebben.
Prof. dr. J. J. L. Derksen windt er geen doekjes om in het boek waarin hij terugblikt op de 35 jaar dat hij werkzaam is als psycholoog: ouders laten te veel blijken dat ze trots zijn op hun kind. En daarmee bederven ze het.
Jan Derksen is mede-eigenaar van een psychologenpraktijk. Daarnaast is hij als hoofddocent psychodiagnostiek verbonden aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en als hoogleraar psychodynamische psychotherapie aan de Vrije Universiteit Brussel.
”Iedereen een psychische aandoening?” is de titel van zijn autobiografische terugblik, die net van de pers is gerold. Uitgebreide onderzoeken –op maar liefst 574 onderwerpen– laten volgens Derksen zien dat het aantal mensen met een psychische aandoening de afgelopen twintig jaar niet toenam, maar enigszins daalde. Intussen is de hulpvraag echter wel verdrievoudigd.
Naar de overtuiging van de psycholoog gaat het mis in de opvoeding. Met ergernis bezag hij dinsdagmiddag het gedrag van zijn medepassagiers in een vliegtuig, vertelt Derksen. „Kinderen mogen schreeuwen, ze mogen gillen, ze mogen van alles. Narcistisch, impulsief en extravert gedrag, zijn het gevolg van een opvoeding waarin kinderen niet worden bijgestuurd.”
Dat komt doordat veel ouders zelf verkeerd zijn opgevoed, zegt Derksen. „In de jaren zestig hebben we de zuilen afgebroken en de generatieverschillen neergesabeld. Sindsdien zijn religie en ideologie niet meer de kaders voor de opvoeding; ouders doen dit tegenwoordig vanuit hun onderbuikgevoel. Daardoor krijg je kinderen die te veel beschermd en te weinig opgevoed worden. Ouders houden hun kinderen te veel uit de wind en prijzen hen te veel. Het gevolg is dat de frustratietolerantie afneemt; kinderen kunnen niet meer omgaan met tegenslag. Ze hebben te weinig eelt op hun ziel. Dat wordt versterkt door de sociale media, waar iedereen altijd maar gelukkig moet zijn en zo veel mogelijk likes moet binnenhalen.”
Geen richting
Derksen publiceerde eerder het boek ”Het narcistisch ideaal.” Het narcisme –in het middelpunt willen staan– neemt hand over hand toe, constateert de psycholoog. „Als er geen zuil, religie of ideologie meer is die richting geeft, krijg je kinderen die het accent te veel op zichzelf leggen. Kinderen met allerlei grootheidsfantasieën, zelfwaardering die de pan uit rijst. Dat heeft zelfs tot gevolg gehad dat we in de psychologie onze meetinstrumenten opnieuw moesten ijken, omdat er zo veel plafondscores waren.”
De ouders zijn de oorzaak, dat staat voor Derksen als een paal boven water: „Er zijn maar weinig gezinnen die regels voor bijvoorbeeld ict-gebruik consequent hanteren. Volwassenen zijn te veel kind met de kinderen geworden. Dat is een brede ontwikkeling, in alle lagen van de samenleving en in de gehele westerse wereld.”
Het verontrust Derksen. „Ouders prijzen hun kinderen te veel, waardoor de nieuwe generaties niet goed worden voorbereid op de echte wereld. Ze krijgen het bij tegenwind heel moeilijk. Mede daardoor komen er zo veel in de hulpverlening terecht.”
Bezinning
Mensen kunnen op volwassen leeftijd ook vastlopen doordat er meer van hen wordt gevraagd dan vroeger. „Maar zijn we niet veel te ver doorgeschoten door overal diagnoses voor te stellen?” vraagt de psycholoog zich af.
Hij roept vakgenoten ertoe op eens de discussie aan te gaan over wat nu werkelijk psychische aandoeningen zijn en wat niet. „We moeten de tijd en de ruimte hebben om kritisch vanuit de inhoud na te denken over de organisatie van de basis- en de gespecialiseerde zorg.”