Christenfilosoof Kuiper zaaide slechts op de Erasmus
ROTTERDAM. De christenfilosoof zit niet somber te peinzen over de zinloosheid van het bestaan. Nee, hij verwondert zich over de werkelijkheid als openbaring van God en wordt daar blij van.
Filosoof prof. dr. Roel Kuiper (53) verwoordt met twee volzinnen zijn visie op christelijke wetenschapsbeoefening. Zestien jaar was hij bezig studenten op de Erasmus Universiteit Rotterdam er enthousiast voor te maken. „Waarvan ik het meest genoot? Als ik tijdens colleges zag dat het kwartje viel; dat jongeren het christelijk geloof leerden verbinden met de wetenschap.”
Morgenmiddag neemt de vrijgemaakt gereformeerde Kuiper, ook Eerste Kamerlid voor de ChristenUnie, afscheid als bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte op de Erasmus. Hij wordt per 1 mei voorzitter van het college van bestuur van de Theologische Universiteit Kampen.
„Ik ga met pijn in m’n hart weg. Toen ik in Rotterdam begon, ik was pas 36, kreeg ik een kamer, een bureau én de vraag: Wat voor colleges wil je geven? Ik kende niemand en moest mijn eigen winkeltje opbouwen. Spannend.”
Wat is er boeiend aan filosofie?
„Van huis uit ben ik historicus. Tijdens mijn studie kreeg ik te maken met levensvragen waarop de geschiedenis mij geen antwoord gaf. Wie is de mens? Wie is God? Wat is Gods hand in de geschiedenis? Die vragen werden mij te machtig. Daarom ben ik filosofie gaan studeren, aan de VU in Amsterdam bij de hoogleraren Griffioen en Geertsema. Zij leerden me vanuit de christelijke bronnen antwoorden te vinden op de grote vragen. Ze hebben me getraind in reformatorische wijsbegeerte. Ik kreeg het verlangen zelf als christenfilosoof werkzaam te zijn. Die kans diende zich aan op de Erasmus.”
Hoe kwam u aan studenten?
„De hofleveranciers voor deze bijzondere leerstoel zijn de christelijke studentenverenigingen CSFR en VGS. Die hebben een studiecultuur. Met de Navigators kreeg ik moeizaam contact. Die studenten doen veel aan Bijbelstudie, zijn met zichzelf en met elkaar bezig, maar bezinnen zich nauwelijks op hun plaats als christen in de samenleving. Een gemiste kans. Ik zag bij mijn colleges wel steeds vaker niet-christelijke wijsbegeertestudenten. Logisch eigenlijk. Ook seculiere filosofen hebben veel nagedacht over God, de Bijbel en het christelijk geloof.”
Waarover gingen uw colleges?
„Ze gingen over de klassieke reformatorische wijsbegeerte zoals die is ontwikkeld door de christenfilosofen Dooyeweerd en Vollenhoven.
Daarnaast koos ik thema’s op het terrein van geloof en wetenschap en sociaal-maatschappelijke en politieke onderwerpen. Bijvoorbeeld: Hoe denken christenen over de samenleving, over individualisering en sociale cohesie? Daar is mijn boek ”Moreel kapitaal” uit voortgekomen. Het gaat over de bereidheid om er te zijn voor anderen, ook als je er niets voor terugkrijgt.”
Wie zag toe op de kwaliteit van uw werk?
„Dat deed de Stichting voor Christelijke Filosofie, die nog zes andere leerstoelen beheert op de universiteiten in Maasticht, Eindhoven, Delft, Leiden, Wageningen en Enschede. Zij is ook financieel verantwoordelijk.
De leerstoelen worden betaald uit giften. Ik heb dit werk kunnen doen doordat mensen in de achterban het steunden met geld én gebed.” Hoe ervoer u de persoonlijke gesprekken met studenten?
„Sommigen zeiden eerlijk: Ik zit er helemaal doorheen. Bij filosofie wordt het vloerkleed onder me vandaan getrokken. Alles wordt ontrafeld, ontleed. Het lijkt alsof niks zin heeft. Ze waren apathisch. Juist dan is het goed dat er filosofen zijn met een andere boodschap. Sommige studenten vroegen om geestelijke leiding, omdat ze in de knoop raakten met hun geloof. Ik drong mezelf niet op, maar stelde me beschikbaar. Hoefde slechts te zaaien.”
Hoe reageerden seculiere collega’s op uw aanwezigheid?
„Op de Erasmus heerst een prettig soort liberaliteit. Bij mijn komst zei de decaan: We zijn misschien een beetje postmodern, maar dat betekent ook dat hier alles kan. Als er behoefte is aan jouw colleges, doe dan gerust je ding. Soms lieten collega’s merken dat ze absoluut niet dachten zoals ik.”
Is er toekomst voor reformatorische wijsbegeerte?
„Er zijn bijna geen opleidingsplaatsen voor christenfilosofen meer. De zeven bijzondere leerstoelen zijn een kwetsbaar bezit. In Amerika heb je tal van christelijke colleges en universiteiten. Wij gaan dat soort broedplaatsen missen.”
Waar haalde u al die jaren de inspiratie vandaan?
„We leven niet voor onszelf, zegt Paulus. We hebben als christen de opdracht zoveel mogelijk mensen op onze reis mee te nemen. Juist als je veel hebt gekregen, mag je uitdelen. Wat geeft het als het ons wat kost en we het zelf een keer moeilijk hebben? Straks zullen we de ware rust vinden.”