Orgelfront als verkondiging
Een orgel kan, voordat het ook maar één klank heeft voortgebracht, al meer vertellen dan een hele preek. Dat blijkt uit het boek van de Hamburgse hoogleraar prof. dr. Johann Anselm Steiger over het 17e-eeuwse orgelfront in de kloosterkerk van Kloster Lüne in Lüneburg, in de Duitse deelstaat Nedersaksen.
Het orgel in deze kerk werd tussen 1645 en 1651 gebouwd, waarschijnlijk door Jonas Weigel. De kas bleef behouden, het huidige binnenwerk is van de gebroeders Hillebrand en stamt uit 1969.
Wat direct opvalt, is dat de 17e-eeuwse orgelkas op een barokke manier rijk versierd is: naakte kinderfiguren, engeltjes, inscripties, schilderingen, wapens van de plaatselijke hertogen. De versieringen zijn echter niet lukraak gekozen. Met name de schilderingen en inscripties zijn zwaarbeladen met de beeld- en muziektheologie van het lutheranisme van de 17e eeuw, laat kerkhistoricus Steiger zien.
Zo zijn in de onderste laag van de orgelkas zeven olieverfschilderingen aangebracht, vervaardigd door de vrijwel onbekende schilder Adolph Block, die Bijbelse verhalen uitbeelden: Mirjam bij de Rode Zee, de roeping van Jesaja, de richteres Debora, Golgotha, Bethlehems stal, het Lam in Openbaring 14 en de apocriefe Jezus Sirach. Aan de hand van contemporaine geschriften –preken, stichtelijke lectuur, theologische traktaten, gezangboeken– laat Steiger zien hoe deze verhalen in de Bijbeluitleg van die tijd stuk voor stuk een verbinding willen leggen tussen de hemelse muziek en de aardse eredienst. De orgelkas als geheel wil de verzamelde gemeente een voorsmaak geven van de hemels-eeuwige lofzang van de engelen, aldus de auteur.
Ook de talrijke inscripties op de orgelkas vertellen een verhaal. Steiger laat zien dat ze afkomstig zijn uit een ”Music-Büchlein” dat in 1631 in Lüneburg verscheen. Een deel komt uit de Psalmen, andere inscripties zijn stukken van liedteksten. Centraal op het orgel staat Psalm 150, die in z’n geheel is aangebracht onder de tweede kroonlijst. Wie het citaat helemaal wil lezen, moet om het orgel heen lopen, de blik naar boven gericht: precies wat de bedoeling is. Bovendien wordt met deze centrale inscriptie een statement afgegeven, aldus Steiger. In de strijd tegen gereformeerden en spiritualisten die alle instrumenten in de eredienst afwezen, gold Psalm 150 voor veel lutherse theologen als dé bewijsplaats voor hun overtuiging dat zang en muziek in de eredienst niet maar een middelmatige zaak vormen, maar zelfs een goddelijk gebod zijn.
Het boek van Steiger is helder geschreven, prachtig geïllustreerd –een must bij dit onderwerp– en goed gedocumenteerd. Met één vraag blijf je als lezer achter: Is het orgel in Kloster Lüne een unicum, of staat het model voor een veel bredere tendens in het Duitse lutheranisme om op deze manier in de kerkruimte via de orgelkas aan de gemeente een preek mee te geven? Een vergelijking met orgelfronten uit die tijd in de regio en breder in Duitsland had het betoog daarom nog sterker gemaakt.
Boekgegevens
Der Orgelprospekt im Kloster Lüne als Zeugnis barock-lutherischer Bild- und Musiktheologie, Johann Anselm Steiger; uitg. Schnell & Steiner, Regensburg, 2015; ISBN 978 3 7954 2956 0; 140 blz.; € 24,95.