Kamer: Roep Turkije op tot verzoening met Armenië
DEN HAAG. Het kabinet moet Turkije er toe blijven oproepen om de toenadering tot Armenië „een nieuwe impuls te geven” en met de Armeense regering te streven naar verzoening.
De Tweede Kamer heeft donderdagmiddag een motie van de ChristenUnie met die boodschap aangenomen. De Kamer spreekt daarmee tevens de wens uit dat aankomende herdenkingsbijeenkomsten van honderd jaar Armeense genocide zullen bijdragen aan „respect en acceptatie tussen” Turken en Armeniërs.”
Doel van de moties is „herbevestiging van de Armeense genocide”, aldus CU-Kamerlid Voordewind na de stemmingen, „en de Turkse regering aan te zetten tot toenadering tot Armenië om door erkenning van de genocide tot verzoening te komen tussen beide landen.” Voordewind sprak verder van een „belangrijk signaal” van het Nederlandse parlement aan de Turkse regering: „Kom in het reine met je verleden.”
Fel tegen de motie keerde zich het Turks-Nederlandse Kamerlid Kuzu (Denk). Volgens hem is het de indiener van de motie niet te doen om waarheidsvinding over de gebeurtenissen in 1915, maar om „politiek gewin” in 2015.
Een PVV-motie die het kabinet verzoekt om voortaan niet meer te spreken over de „kwestie van de Armeense genocide” maar over „de Armeense genocide” werd verworpen.
Datzelfde lot was een motie van het CDA beschoren die het kabinet vraagt om de minister-president of een minister af te vaardigen naar de herdenking van honderd jaar Armeense genocide op 24 april in de Armeense hoofdstad Jerevan.
Eveneens afgestemd werd een motie van de PVV waarin werd gevraagd de premier en de koning naar Jerevan te sturen.