Opinie

Commentaar: Goedkope defensie

Hoe bereiden landen in West-Europa zich voor op een toekomst waarbij instabiliteit dichtbij komt? Die vraag stond vorige week centraal op een internationale conferentie in Soesterberg. Deskundigen schetsten een weinig rooskleurig beeld over de nabije toekomst. „De klok tikt, we moeten nú met antwoorden komen”, zei de commandant der strijdkrachten, generaal Middendorp.

Hoofdredactioneel commentaar
30 March 2015 12:32Gewijzigd op 15 November 2020 17:47
Een Amerikaanse F-15-straaljager. beeld USAF, Shaun Withers
Een Amerikaanse F-15-straaljager. beeld USAF, Shaun Withers

De Nederlandse defensieminister Hennis stelde tijdens de conferentie onder meer dat militaire samenwerking een recept is tegen de toenemende dreigingen. Samenwerking tussen landen op het gebied van defensie is geen recente uitvinding. Ze bestond al ten tijde van de Koude Oorlog. Hennis preekt daarentegen samenwerking omdat de Nederlandse politiek dat middel heeft ontdekt als een methode om de scherpe kantjes van bezuinigingen af te halen.

In dezelfde week werd bekend dat de Verenigde Staten vanwege de toegenomen aandacht die Rusland toont voor West-Europa twaalf gevechtsvliegtuigen naar de Vliegbasis Leeuwarden sturen. De toestellen blijven zes maanden in Europa en vormen een aanvulling op versterkingen die eerder arriveerden.

De inzet van de Amerikanen bij het ondersteunen van de Europese defensie valt te waarderen. Het is anderzijds beschamend dat ons land op het punt staat om een even groot aantal straaljagers als door de Amerikanen naar Nederland wordt gestuurd, te verkopen aan Jordanië. Die toestellen zijn onder meer afkomstig van de vliegbasis Leeuwarden, waar het aantal F-16’s werd teruggebracht van 40 naar 16.

Draagt Nederland op zijn beurt eigenlijk een steentje bij aan de bescherming van de Oost-Europese grenzen? Door bezuinigingen kan dat nu even niet: de acht F-16’s die daarvoor gereserveerd waren, zijn in het Midden-Oosten actief.

Dominee en koopman: minister Hennis lijkt beide rollen met verve te vervullen, mogelijk tegen wil en dank. Maar al te graag levert handelsland Nederland een bijdrage aan het versterken van de grenzen van Europa. Zo worden er 44 nagelnieuwe pantservoertuigen naar Estland gestuurd. Voorgoed, en het levert nog geld op ook. Honderd Leopardtanks maken tegen betaling een enkele reis Finland. Ook het Midden-Oosten krijgt een deel: luchtdoelgeschut gaat naar Jordanië, een land waarmee al eerder werd ‘samengewerkt’.

Tekenend is, dat Nederlandse militairen eerder aangaven dat de verkoop van tanks vanuit defensieoogpunt onverantwoord is. Toch zijn er blijkbaar conferenties als die van vorige week voor nodig om defensiespecialisten in de Nederlandse politiek ervan te doordringen dat de klok niet alleen tikt, maar dat de wijzer net als afgelopen weekend soms in korte tijd een uur vooruit gezet wordt.

Als de Amerikaanse straaljagers de komende weken te zien en te horen zijn in ons luchtruim, geven ze een boodschap af aan de Nederlandse belastingbetaler: hier vliegt een goedkope bijdrage aan uw veiligheid. Waarschijnlijk merkt Den Haag daar weinig van: boven het Binnenhof geldt een vliegverbod. De onderhandelingen over de verkoop van F-16’s kunnen dus ongehinderd voortgaan.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer