Khatami kritiseert tijdens herdenking conservatieven
De Iraanse president Mohammad Khatami heeft gisteren de viering van de 25e verjaardag van de islamitische revolutie in Iran aangegrepen voor een aanval op de conservatieve geestelijkheid.
Honderdduizenden mensen kwamen naar een manifestatie in Teheran, waar president Mohammad Khatami in zijn toespraak voor eerlijke verkiezingen pleitte. De massa op het Azadi Plein in de hoofdstad bestond vooral uit aanhangers van het regime. Ambtenaren en hun families waren hier van staatswege met bussen naartoe gebracht. Zij droegen portretten van revolutieleider Ruhollah Khomeini en zijn opvolger Ali Khamenei bij zich.
De jaarlijkse viering van de revolutie komt normaal gesproken neer op voorspelbare lof voor de status-quo en kritiek op het Westen. Khatami, een hervormer, brak met die traditie en bekritiseerde in een toespraak de uitsluiting van zo’n 2000 hervormingsgezinde kandidaten voor de parlementsverkiezingen van 20 februari door de geestelijke machthebbers.
„Verkiezingen zijn een symbool van de democratie als ze goed worden uitgevoerd”, zei Khatami. „Als ze worden beperkt, is dat een gevaar voor het land en voor het systeem.” Khatami kan niet op tegen de conservatieve Raad van Hoeders, die vrijwel onbeperkte macht heeft, en heeft er onder protest mee moeten instemmen dat de verkiezingen gewoon doorgaan.
De uitsluiting van de kandidaten heeft tot een crisis geleid die zich al weken voortsleept. De kans is aanzienlijk dat de oppositie besluit de verkiezingen te boycotten. Dat zou betekenen dat het parlement, waar de hervormers nu nog in de meerderheid zijn, straks louter is gevuld met conservatieven. Dat kan er weer toe leiden dat het conflict tussen de hervormers en de conservatieve geestelijkheid zich verder verdiept.
Khatami pleitte in zijn rede, die rechtstreeks op de Iraanse televisie te volgen was, voor een „derde weg”, anders dan de westerse democratieën enerzijds en het huidige Iraanse systeem, waarbij de macht in handen is van mensen „die de rechten van het volk vergeten en gebruikmaken van het geloof om vrijheid en democratie tegen te houden.”
Buiten Khatami’s toespraak was op straat in Teheran weinig te merken van de politieke crisis. De sfeer was feestelijk: er waren optochten en muziek en kraampjes van voedselverkopers. Veel mensen zijn niet erg geïnteresseerd meer in de politiek omdat de hervormers weinig van hun beloften hebben waargemaakt.
Khatami voert al jaren een verbitterde strijd met de conservatieven die worden gesteund door Opperste Leider Khamenei. Hervormingen van de regering worden tegengehouden. De meerderheid van de bevolking heeft zich teleurgesteld afgekeerd van de politiek.
Op 11 februari 1979 nam de laatste door de sjah benoemde premier ontslag na hevige straatgevechten. Ayatollah Khomeini nam hierna de macht over. Hij was elf dagen eerder teruggekeerd uit ballingschap. Sjah Reza Pahlavi stierf in juli 1980 in Egypte.