Oplaten heliumballon in steeds meer gemeenten verboden
AMSTERDAM. Diverse gemeenten verbieden het oplaten van grote hoeveelheden heliumballonnen. Volgens milieuactivisten zijn ze schadelijk voor mens en dier. Leveranciers bestrijden dat.
Het is een geintje op feestjes: een ballon vullen met helium en dan een beetje van het gas inademen. Ineens praat de gebruiker als Donald Duck. Wie het twee keer achter elkaar doet, kan echter bewusteloos raken. Helium bemoeilijkt de opname van zuurstof, omdat het boven in de longen achterblijft. Het edelgas is vele malen lichter dan lucht, waardoor het ook zeer geliefd is om ballonnen mee op te laten.
Steeds meer gemeentebesturen hebben genoeg van het oplaten van ballonnen met lint, omdat deze schadelijk zouden zijn voor mens, dier en natuur. Diverse milieuorganisaties waarschuwen dat de hoeveelheid ballonnen in de Noordzee de afgelopen zeven jaar is verdubbeld. „Op de Nederlandse stranden kom je op elke kilometer zo’n 160 ballonnen tegen”, zeg Jeroen Dagevos van de Plastic Soup Foundation. „Van de ”top tien”-items die op stranden worden gevonden, staan ballonnen op plaats 6. Het wordt elk jaar erger, evenals de lintjes die er steeds vaker aan vastzitten en soms zelfs ledlampjes met batterijen. Een landelijk verbod is niet nodig, maar het is goed dat steeds meer gemeenten het gebruik ontmoedigen.”
Amsterdam heeft daartoe onlangs besloten, op initiatief van de Partij voor de Dieren. Zwolle, Groningen, Emmeloord, Oostzaan en Purmerend deden dat al eerder. Verder zijn er gemeenten die het gebruik van heliumballonnen sterk afraden maar niet verbieden, zoals Den Haag, Leiden, Zandvoort en Pijnacker-Nootdorp.
Volgens de Partij voor de Dieren zorgen de ballonnen niet alleen voor vervuiling, maar zijn ze ook dodelijk voor vissen en vogels. Ze raken verstikt in de linten. Ballonresten zouden in magen van vogels en vissen zijn aangetroffen.
Geen bewijs
„Daar zijn dus helemaal geen bewijzen voor”, zegt Rien Spek, eigenaar van het Amsterdam Ballonnen Bedrijf, de oudste Nederlandse firma in deze sector. Hij ergert zich er vooral aan dat milieuorganisaties en politici maar blijven verwijzen naar de plastic soep in oceanen. „Daar drijft geen ballon tussen en er is niet één wetenschappelijke studie die aantoont dat een ballon in een dier terecht is gekomen.”
De betere ballonen worden gemaakt van puur latex, legt hij uit. Dat komt uit een boom en is 100 procent biologisch afbreekbaar, omdat er geen chemicaliën zoals weekmakers aan zijn toegevoegd. Daardoor zijn ze maar beperkt houdbaar, hooguit vier maanden. „Beslist geen jaren, zoals tegenstanders maar blijven beweren. Zij doelen op ballonnen zoals je ze op de kermis ziet, bijvoorbeeld in de vorm van Mickey Mouse.” En dat helium, zegt Spek, is ook nog eens goed voor de natuur. Het helpt de ozonlaag dichten. „Je moet het alleen niet inademen, want dat is dus wél schadelijk.”