Al-Zarqawi vraagt de top van al-Qaida om hulp bij het uitvoeren van zijn streven. Uit de brief blijkt dat al-Qaida weinig succes heeft bij het werven van Irakezen. De New York Times citeerde maandag uit de brief: „Vele Irakezen onthalen je als een gast en geven je onderdak omdat je een moslimbroeder bent, maar ze staan niet toe dat je vanuit hun huis operaties onderneemt.”

Een hoge Amerikaanse officier zei rekening te houden met meer „spectaculaire” aanslagen, niet zozeer op Amerikaanse, maar vooral op sjiitische doelen. Dat laatste zou ertoe kunnen leiden dat de soennieten radicaliseren en zich aansluiten bij al-Qaida.

Al-Zarqawi zegt in de brief 25 zelfmoordaanslagen in Irak te hebben georganiseerd. Een woordvoerder zei dat het leger dat serieus neemt, maar achter de schermen zeggen Amerikaanse functionarissen niet te weten hoeveel zij letterlijk moeten nemen van de zeer bloemrijk geschreven brief.

Een woordvoerder van het Witte Huis zei dat de brief aantoont dat Irak het voornaamste front is in de strijd tegen het terrorisme. Anderen trekken dat nu juist in twijfel: uit de brief blijkt immers dat al-Qaida nauwelijks aanhangers heeft in Irak en dat de Irakezen eerder geneigd zijn in zee te gaan met hun eigen guerrillastrijders. Dat al-Qaida een netwerk in Irak had voor de VS het land aanvielen, zoals de Amerikaanse regering steeds heeft beweerd, is dus twijfelachtig. Zelfs Amerikaanse commandanten hebben gezegd dat de Iraakse guerrilla door Saddam-aanhangers en andere Irakezen wordt georganiseerd en uitgevoerd.

De enige reden dat al-Qaida in Irak is, is dat de VS er ook zijn, zei Jane Harman, de hoogste Democraat in de inlichtingencommissie van het Huis van Afgevaardigden. „Hun doelwit is Amerika. Er zijn daar veel Amerikanen.”

Al-Zarqawi houden de VS al langer in de gaten. Hij is de hoofdverdachte van de moord op de Amerikaanse diplomaat Laurence Foley in Jordanië in 2002. Nu zien de Amerikanen hem als „de meest capabele terrorist die momenteel in Irak is”, zei een Amerikaanse bron, die de brief omschreef als „een ondernemingsplan voor terreur.” Al-Zarqawi vraagt behalve om strijders ook om geld. Hij zou geen lid van al-Qaida zijn, maar in Irak een ”franchise” voor de terreurorganisatie hebben opgezet.

Het Amerikaanse leger heeft de brief in bezit gekregen doordat Koerdische troepen vorige maand in Noord-Irak een boodschapper van al-Qaida, Hassan Ghul, oppakten. De brief stond op een cd-rom die Gul bij zich had. Een verslaggever van de New York Times is de enige journalist die de brief heeft ingezien.

Amerikaanse soldaten hebben in Irak Mushin Khadr al-Khafaji opgepakt, nummer 48 op de lijst van 55 meest gezochte leden van het regime van Saddam Hussein. Dat hebben medewerkers van het Pentagon maandag gezegd.

Al-Khafaji werd afgelopen weekeinde overgedragen aan Amerikaanse soldaten. De functionarissen wilden niet zeggen door wie. Khadr was de voorzitter van de Ba’ath-partij in een regio in Zuid-Irak. In december zette het Amerikaanse leger 1 miljoen dollar op zijn hoofd. Of dat geld wordt uitgekeerd, is niet duidelijk.

Nog 11 van de 55 meest gezochte Irakezen zijn voortvluchtig. De hoogste is Izzat Ibrahim al-Duri, een vertrouweling van Saddam en nummer 6 op de lijst. Het Amerikaanse leger heeft een beloning van 10 miljoen dollar uitgeloofd voor zijn arrestatie. Al-Duri speelt volgens de Amerikanen een belangrijke rol bij de organisatie van de anti-Amerikaanse guerrilla in Irak.

Toen een Iraakse man zichzelf maandag opblies bij het huis van twee stamhoofden in de stad Ramadi, ten westen van Bagdad, raakten drie andere Irakezen ernstig gewond. De gewonden zijn bewakers. De stamhoofden, de broers Majid en Amer Suleiman, bleven ongedeerd. Het Iraakse verzet richt zich de laatste tijd vooral op Irakezen die samenwerken met de Amerikanen, zoals de gebroeders Suleiman. Ze ontvingen bezoekers toen de dader de woning naderde. De bewakers stuurden hem weg. Even later kwam hij terug en blies hij zichzelf op.

In Sinjar, in de buurt van de stad Mosul in het noorden, kwamen maandag twee Amerikaanse soldaten door een ontploffing om het leven toen ze bezig waren explosieven te ontmantelen. Het gaat om een ongeluk, niet om een aanslag. Zes militairen raakten gewond.

Het Japanse parlement heeft maandag de humanitaire missie van Japanse troepen in Zuid-Irak goedgekeurd. Het is de eerste keer dat het Japanse parlement instemt met een troepenzending naar een land waar nog wordt gevochten.

Het hogerhuis van het parlement keurde de missie goed met 138 stemmen voor en 103 tegen. Het lagerhuis had er eind vorige maand al mee ingestemd. Als het parlement zich tegen de troepenzending naar Irak had gekeerd, had het Japanse leger de soldaten die al sinds midden januari in Irak gestationeerd zijn, terug moeten halen.

De Japanse troepen voeren in Zuid-Irak alleen humanitaire taken uit, zoals het herstellen van waterleidingen en het herbouwen van scholen. De Japanse missie zal op volle sterkte uit zo’n 1000 soldaten bestaan en wordt beschermd door de in de regio gelegerde Nederlandse troepen.

De missie stuit in Japan op veel verzet. Veel Japanners vrezen dat de soldaten in Irak het doelwit worden van aanslagen door opstandelingen, waartegen zij in theorie weerloos zijn omdat de Japanse grondwet het gebruik van geweld om internationale geschillen op te lossen verbiedt. De oppositie in het lagerhuis van het Japanse parlement onthield zich vorige maand van stemmen uit protest tegen de troepenzending.