Recensie: Hayo Boerema speelt Bach
Op een schilderij van De Lorme uit 1657 is het prachtig te zien, badend in het licht dat door de hoge ramen valt: het transeptorgel van de Laurenskerk in Rotterdam.
In 1959 werd op dezelfde plek in het herbouwde dwarsschip een nieuw transeptorgel geplaatst. De ingesnoerde kast met zijn torenbekroningen (Niehoff, 1540) lijkt op het oude instrument. De klank waarschijnlijk niet. Het binnenwerk (31 stemmen) werd namelijk gemaakt door de Deense firma Marcussen, niet in Hollandse, maar in Noord-Duitse, neobarokke stijl. Van meet af aan is het drieklaviers orgel echter geroemd om zijn sterke karakter.
Omdat het Rotterdamse transeptorgel momenteel niet meer optimaal klinkt en functioneert moet het worden gerestaureerd. Om hiervoor geld in te zamelen maakte de organist van de Laurenskerk, Hayo Boerema, een cd met muziek van Bach. Daarop worden vier vrije werken afgewisseld met drie bewerkingen over ”Allein Gott in de Höh’ sei Ehr”. Boerema speelt Bach met veel energie. Bijzonder aangenaam klinkt daardoor het Praeludium in D. En wervelend de Toccata in C. Soms, zoals in het Praeludium in e, had het wel wat breder gekund. De ”Allein Gott”-bewerkingen waren er verstilder, vocaler en vriendelijker door geworden. Maar de beweging in de Passacaglia (mooi opgeregistreerd!) is prachtig. Dit meeslepende werk wordt besloten met een ronkende 32-voet onder een indrukwekkend slotakkoord. Een 32-voet, ja. Want Boerema speelt Bach op het hoofdorgel van de Laurens. Hopelijk komt de restauratie van het transeptorgel spoedig in zicht. Zodat het, ook op cd’s, weer in al zijn straling, stevigheid en scherpte te beluisteren is.
Johann Sebastian Bach – Hayo Boerema; HAYO (197204); € 15,-; bestellen: www.hayoboerema.com
BWV 532
BWV 663
BWV 564