Kerk & religie

Islamitisch onderzoeker op VU-symposium: Bespotten van de ander leidt tot haat

AMSTERDAM. De islam verbiedt spotten met religies. Dat cartoons gevoelig liggen, heeft niet zozeer te maken met het afbeelden van de profeet, maar met de laster en spot aan zijn adres. De profeet is het voorbeeld van vroomheid dat moslims in hun leven proberen te volgen. De boodschap die de cartoons uitdragen gaat daar lijnrecht tegenin.

Van onze verslaggever
4 March 2015 10:53Gewijzigd op 15 November 2020 17:07
De islamitische onderzoeker Razi Quadir (r.) ging dinsdag onder leiding van moslima Esmaa Alariachi (l.) in discussie met het publiek tijdens een symposium aan de VU over religie. beeld Ronald Bakker
De islamitische onderzoeker Razi Quadir (r.) ging dinsdag onder leiding van moslima Esmaa Alariachi (l.) in discussie met het publiek tijdens een symposium aan de VU over religie. beeld Ronald Bakker

De islamitische onderzoeker Razi Quadir stelde dat dinsdag tijdens het symposium ”Religie doet ertoe” aan de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam. De bijeenkomst was onderdeel van een driedaags symposium –van maandag tot en met vandaag– georganiseerd door de faculteit der godgeleerdheid van de VU en de Protestantse Theo­logische Universiteit (PThU).

Het is volgens Quadir, promovendus aan het Centrum voor Islamitische Theologie van de VU, „zonneklaar” dat belangrijke principes in de islam, zoals het doen van het goede en het verbieden van het kwade, het geven van oprecht advies en het onafhankelijk redeneren, stoelen op de vrijheid van meningsuiting. Vrijheid van meningsuiting is echter geen doel in zichzelf, zei hij, maar is gericht op waarheidsvinding en gestoeld op respect voor de waardigheid van de persoon.

Er is vanuit de optiek van de islam geen vrijheid om fundamentele kritiek te leveren op zaken die de kern van de islam raken. Maar voor kritiek is er desondanks meer begrip dan voor laster. „Het ultieme doel van een moslim is het plezier van Allah en Allah is tevreden met waarheid en gerechtigheid. Het bespotten van anderen leidt tot meer haat, zowel op persoonlijk als op religieus vlak.” Quadirs conclusie: „Vrijheid van meningsuiting is een groot goed, maar brengt ook verantwoordelijkheid met zich mee en is niet absoluut.”

Moslimstudent Tasniem Anwar, getooid met hoofddoek, constateerde dat er aan de Universiteit van Amsterdam, waar zij studeert, letterlijk en figuurlijk geen ruimte is voor religie. „Ik voel me buitengesloten op de universiteit en merk dat mijn identiteit daar niet bespreekbaar is. De hele Nederlandse samenleving is seculier, prima, maar er komt een moment dat we niet meer weten hoe om te gaan met religiositeit. Daarom blijven er vooroordelen over religie bestaan.”

Diversiteit

Hoe werken vooroordelen in de wetenschap en hoe staat het met islamofobie en antisemitisme in Nederland? Prof. Yolande Jansen, bijzonder hoogleraar humanisme in relatie tot religie en seculariteit aan de VU, voerde islamofobie en antisemitisme terug op stereotypen van moslims en Joden. „Er wordt in het huidige debat een tegenstelling tussen religie en de moderne samenleving gesuggereerd, maar het gaat ten diepste om een Europese kwestie, over hoe Europa in het verleden omging met minderheden en nu moeite heeft met de zogenaamde amoderne islam.” Prof. Jansen bepleitte meer investering in het onderwijs en toerusting op het punt van kennis van religieuze diversiteit.

Prof. Judith Frishman, hoogleraar Jodendom aan de Universiteit Leiden, noemde de leer van de universele mensenrechten ongeschikt voor het omgaan met culturele verschillen. Alle religies nemen 
volgens haar gewelddadige vormen aan, maar zoals zijzelf niet verantwoordelijk is voor wat in Israël gebeurt, zo zijn moslims dat niet voor de aanslagen in Parijs.

Prof. Esther Romeyn (University of Florida) constateerde in Europa verharding, toenemende polarisatie en onzekerheid. Structuren van uitsluiting worden volgens haar gelegitimeerd. „Een universele westerse overtuiging van tolerantie staat tegenover een particuliere inheemse cultuur. Het conflict in Israël met de Palestijnen wordt daarbij helaas vaak als voorwendsel voor de haat tegen het Westen gebruikt.”

Dr. Jan Jaap de Ruiter (Universiteit Tilburg) stelde dat diversiteit mooi is, maar ook een vloek kan zijn. „In dat geval is jouw diversiteit de belangrijkste. Dan komt de machtsvraag om de hoek kijken, met conflicten als gevolg.” Kijk naar het gelaat van de ander, adviseerde hij in de lijn van de Frans-Joodse filosoof Emanuel Levinas. „Wat kan ik voor de ander betekenen? Dan is de diversiteitsvraag onbelangrijk.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer