Marine reikt erekoord uit voor heldhaftig optreden
DEN HELDER. Twaalf militairen ontvangen morgen het Erekoord van de Koninklijke Marine. Een nieuwe onderscheiding voor levensreddend handelen buiten diensttijd. Zeker tien mensen danken hun leven aan kordaat optreden van marinemensen.
De commandant zeestrijdkrachten, luitenant-generaal der mariniers Rob Verkerk, overhandigt de onderscheiding morgenmiddag in Den Helder.
Het ereteken van de Koninklijke Marine bestaat uit een blauw koord te dragen op het nette tenue bij officiële gelegenheden. De marine heeft voor een koord gekozen, omdat deze beter opvalt dan een zoveelste medaille. Het optreden van de eerste twaalf onderscheiden militairen loopt uiteen van het redden van drenkelingen tot het reanimeren van verkeersslachtoffers.
Triest
Het Erekoord van de Koninklijke Marine voert terug naar een triest voorval op 4 oktober 1917. Matroos Bartholomeus Bleije slaat tijdens een hevig noodweer voor de kust van Den Helder op de torpedoboot Hr.Ms. Pangrango overboord. Luitenant ter zee der tweede klasse Johan August de Jongh ziet dat matroos Bleije niet in staat in zichzelf te redden. De Jongh bedenkt zich niets, springt overboord en zwemt naar de drenkeling. Matroos Bleije overleeft het avontuur, luitenant De Jongh niet.
Ter herinnering aan zijn heldendaad heeft de marine een plaquette vervaardigd die jarenlang in het Koninklijke Instituut voor de Marine (KIM) heeft gehangen. De dappere inzet van De Jongh heeft de Koninklijke Marine geïnspireerd een erekoord in het leven te roepen. De Koninklijke Marine volgt hiermee andere krijgsmachtsdelen die vergelijkbare onderscheidingen hebben.
De Koninklijke Marine kent –volgens de officiële omschrijving– de nieuwe onderscheiding toe aan militairen en burgers in actieve dienst voor op „zeer bijzondere wijze, buiten gevechtsomstandigheden, loffelijk en levensreddend handelen.”
De gebeurtenis moet uitgaan „boven wat van betrokkene onder die omstandigheden verwacht had kunnen worden”, aldus de marine. De decorandi denken daar zelf genuanceerd over. „De meesten vinden hun optreden niet direct iets om veel ophef over te maken”, aldus projectleider luitenant ter zee Ewold de Bruijne.
Vier militairen van de vloot en acht manschappen van het Korps Mariniers –elf mannen en één vrouw– krijgen het Erekoord voor het –tussen november 2011 en september 2014– te hulp schieten van mensen in acute noodsituaties op de A58 in Zeeland, op de A2 in Brabant, in Tiel, in Den Helder, bij Anna Paulowna en op Texel. Soms op straat, soms gewoon thuis.
Sergeant der mariniers Erik Mus bevrijdt in maart 2013 op Texel vier inzittenden uit een auto die op zijn kop in het water was beland. Sergeant-majoor der mariniers Marco van Deventer en korporaal Sven van Urk weten in juni 2013 met gevaar voor eigen leven op de A2 te voorkomen dat een jonge vrouw –weggelopen uit een instelling– zich voor het verkeer zou werpen. Luitenant ter zee der tweede klasse Richard Herben slaagt erin eind oktober 2014 ternauwernood in een half bewusteloze man uit een te water geraakte auto te redden bij Anna Paulowna.
Vier sergeanten van het Korps Mariniers hebben medio december 2014 in dichte mist op de A58 in Zeeland urenlang hulp verleend bij een kettingbotsing. Met hun voertuigen hebben zij in de staart van de file het verkeer weten te stoppen en daarmee voorkomen dat de kettingbotsing zich uitbreidde. Verder hebben ze slachtoffers gereanimeerd.
Anoniem
Zes mannen blijven –om veiligheidsredenen– anoniem. Onder hen bevinden zich twee mannen van de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD). Vier anderen werken bij de special forces van het Korps Mariniers. Hun werk vereist geheimhouding.
„Anderen helpen is normaal”
Gerard ten Voorde
Interview
DEN HELDER. Korporaal Laura Bregman (28) uit Julianadorp ontvangt morgen –samen met twaalf anderen– als eerste het erekoord van de Koninklijke Marine. „Heel bijzonder.”
Bregman werkt al tien jaar bij de marine, op dit moment op de administratie van de SCBRNDC&BV, school voor chemische, biologische, radiologisch en nucleaire bestrijding/Damage Control & Bedrijfsveiligheid in Den Helder.
„Op mooie dag, juni vorig jaar, fietste ik om half zeven van Julianadorp naar de Marinehaven in Den Helder. Een ritje van 40 minuten. Opeens zag ik een man naast z’n fiets op de grond liggen.
Een vrouw was hem aan het reanimeren. Ik ben van de fiets gesprongen en ben direct gaan helpen met reanimeren. Ik had koud drie weken mijn EHBO-diploma. Later sprong er nog iemand bij. Zonder onze inzet had het slachtoffer, net met pensioen, het zeker niet overleefd.”
Spannend moment?
„Op zo’n moment sta je er niet bij stil. Ik voelde geen enkele stress. Je zet een knop om en je handelt gewoon. Je verstijft niet, je voert de protocollen uit, automatisch. Later komt de spanning, nadat de man was afgevoerd naar het ziekenhuis.
Dan volgt de onzekerheid. Heb ik goed gehandeld? Had ik niet beter dit of dat kunnen doen? Zal hij het wel overleven?
Een lastig gevoel. Ik had nog nooit gereanimeerd. Dat leverde een emotionele dag op m’n werk op. De marine pakt zoiets goed op. Ik heb veel gesprekken gevoerd die dag. De spanning duurde totdat ik aan het eind van de middag van de politie te horen kreeg dat de man geopereerd was en in stabiele conditie verkeerde.”
Heb je contact gehad met het slachtoffer?
„Eén keer. De man heeft me opgezocht om me hartelijk te bedanken.”
Wat doet zo’n voorval met je?
„Heel lastig te omschrijven. Ik ben ontzettend blij dat het zo afgelopen is. Het mooiste voor mij is dat iemand zó dankbaar is.”
Voel je je een held?
„Nee, helemaal níet. Ik vind het niet meer als normaal wat ik heb gedaan. Iedereen zou hetzelfde moeten doen in zo’n situatie. De elf anderen die een onderscheiding krijgen, vind ik wel helden. Maar nee, mezelf niet. De onderscheiding is wel heel bijzonder.”
Trots?
„Ik ben er trots op om te weten dat ik het kan én dat ik handel als het moet. Ik weet nu dat ik er sta als het nodig is. Ik zou het absoluut direct weer doen.”