Kerk & religie

„Reformatie gaf ook jeugd de nodige aandacht”

„De Reformatie was één grote evangelisatiebeweging, waarin ook de kinderen de nodige aandacht kregen”, zei ds. G. Clements zaterdag in Gouda. „Kinderen leerden de Bijbel gebruiken, vaak het enige boek dat men in huis had, en werden bekendgemaakt met de geloofsleer en de praktijk van het leven.”

Van een medewerker
9 February 2004 09:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:57

De Goudse predikant sprak tijdens de jaarlijkse contactdag van de landelijke werkgroep kinderevangelisatie van de Gereformeerde Gemeenten.

Volgens ds. Clements was de samenleving in de zestiende en de zeventiende eeuw nog niet zo scherp verdeeld in kerkelijken en onkerkelijken. „Er waren vele randkerkelijken, die ’s zondags meer in de taveernen en op de kermis waren te vinden dan in de kerk. Onze vaderen hebben dat scherp veroordeeld.”

De reformatoren en de nadere reformatoren waren van meet af aan gericht op het onderzoek van de Bijbel. In het onderwijs aan de kinderen werd veel aandacht besteed aan de geloofsbelijdenis, de wet van God en het gebed.

De predikant wees erop dat in het kinderevangelisatiewerk het Woord centraal moet staan. „Het is het zaad van de wedergeboorte. Zonder het Woord komt niemand tot bekering.”

De vaderen waren aan het begin van de Reformatie meteen bezig met de geloofsleer. Ze kwamen uit de Middeleeuwen en wisten dat de mens openstond voor allerlei dwalingen. „Zo zal ons evangelisatiewerk antwoord moeten geven op het postmoderne denken van deze tijd”, zei ds. Clements. „De mensen moeten de waarheid weten over God en over de mens. Over de schepping en de val. Over het verlies van Gods beeld. Over de noodzaak van een Borg en Zaligmaker. Over de twee naturen van Christus. Over wedergeboorte en geloof. Over het laatste oordeel.”

De predikant wees op het belang van de bekende vragenboekjes en de catechismusprediking. Een van de belangrijkste elementen van het bijbelse geloofsgetuigenis noemde de Goudse predikant de belijdenis van het bestaan van God als een drie-enig Wezen. „Het is de structuur van veel belijdenissen. De vaderen begonnen vanuit God en eindigden in God. Ze gaven onderwijs vanuit Zijn eeuwig welbehagen. Dat moeten we ook onze kleine kinderen goed voorhouden.”

Ook moet in het evangelisatiewerk ernst gemaakt worden met het Godonterende karakter van de zonde. Volgens de predikant hebben wij in onze tijd vaak geen zicht meer op de zondigheid van de zonde. „Zelfs de kleinste zonde maakt een oneindige schuld tegenover God. Een onverzoende zonde roept de dood op. Wijs er de kinderen op dat er een wonder moet gebeuren wil het goed komen tussen hen en God. Dat ze een nieuw hart moeten krijgen, waar ze om moeten vragen. Wees daar concreet in naar de kinderen toe en wijs aan wat voor God niet kan bestaan”, aldus ds. Clements.

Daarnaast wees de Goudse predikant op de noodzaak van de praktijk van de godzaligheid, iets waar de mannen van de Nadere Reformatie ook grote nadruk op legden. „Wees een voorbeeld voor de kinderen en wees eenvoudig in woord, in wandel en in het hart.”

Op de vraag of je dit als leider van een evangelisatieclub wel kunt, wees ds. Clements erop dat onze bekwaamheid uit God is. „Wij mogen kloppen op het hart van de kinderen en Hij doet de deur open.”

In enkele workshops werden aanwijzingen gegeven en ervaringen uitgewisseld over speciale activiteiten met kinderen, zoals bijbelstudies en de verwerking daarvan. De workshops gingen in op de voorbereiding van het tienerevangelisatiewerk en op het belang van persoonlijke aandacht voor kinderen. Ook werden aanwijzingen gegeven over het gebruik van flanelmateriaal en een door de landelijke werkgroep samengestelde cd-rom.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer