Amr Mousa, de secretaris-generaal van de Arabische Liga, die onlangs in Bagdad is geweest, vertelde Annan maandag dat Irak nieuw overleg wil „zonder voorwaarden vooraf.” Eckhard zei dat Annan bereid is met een Iraakse delegatie te praten, maar dat het er uiteindelijk om gaat of de VN-inspecteurs naar Irak terug kunnen keren om hun werk af te ronden, waarna de economische sancties tegen het land kunnen worden opgeheven. Eckhard zei te hopen dat de besprekingen gerichter zullen zijn dan een jaar geleden, toen zij op niets uitliepen.

De VN-inspecteurs, die moeten verifiëren of Irak zijn massavernietigingswapens heeft ontmanteld, zijn in december 1998 uit Irak vertrokken, vlak voordat de Verenigde Staten en Groot-Brittannië overgingen tot bombardementen om het land te straffen voor zijn gebrek aan medewerking. Bagdad verbood de inspecteurs daarna terug te keren en eiste dat de sancties, die na de bezetting van Koeweit in 1990 werden afgekondigd, werden opgeheven, omdat het aan al zijn verplichtingen zou hebben voldaan.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell zei dinsdag dat het gesprek van Annan met Irak kort kan zijn. „De inspecteurs moeten terugkeren”, zei hij. De Verenigde Staten hebben Irak ervan beschuldigd de afwezigheid van de inspecteurs te hebben gebruikt om de verboden wapenprogramma’s weer op te bouwen.

Een woordvoerder van de Monitor-, Verificatie- en Inspectiecommissie (Unmovic), Ewen Buchanan, zei dat bijna 200 inspecteurs al geruime tijd klaarstaan om naar Irak te gaan. „Wij hebben de tijd dat wij niet in Irak waren gebruikt om ons beter voor te bereiden door training”, zei hij.