De farmaceuten werken op dit moment aan een medicijn tegen het respiratoir syncytieel virus (RSV). De meeste kinderen krijgen een snotneus van dat virus. Jonge, kwetsbare kinderen kunnen echter levensbedreigende complicaties ontwikkelen wanneer ze ermee besmet raken.

Wereldwijd infecteert de ziekteverwekker ongeveer 64 miljoen mensen; naar schatting 200.000 kinderen jonger dan vijf jaar overlijden aan het RS-virus. Meer dan bijvoorbeeld mazelen, dat jaarlijks 164.000 slachtoffers maakt onder jonge kinderen in ontwikkelingslanden. „Het is na malaria de belangrijkste doodsoorzaak bij kinderen onder de vijf jaar in de derde wereld”, zei prof. dr. Huub Schellekens, hoogleraar medische biotechnologie aan de Universiteit Utrecht, maandag voor de NOS.

Er is één medicijn beschikbaar tegen RSV, het middel palivizumab (Synagis). In westerse landen komen baby’s die voor de 35e week van de zwangerschap worden geboren en in de winter nog geen zes maanden zijn in aanmerking voor preventieve behandeling. Ook kunnen baby’s met ernstige aandoeningen aan longen, hart of immuunsysteem in Nederland het middel vergoed krijgen. De behandeling kost tussen de 5000 en 10.000 euro, weet Schellekens. Veel te veel voor arme landen.

Dit jaar verloopt het patent op het medicijn. Dat betekent dat andere fabrikanten het mogen namaken. Farmaceuten hebben er echter weinig belangstelling getoond. Reden voor het Utrecht Centre of Excellence for Affordable Biotherapeutics en de WHO om ermee aan de slag te gaan.

Schellekens kwam eind vorig jaar in het nieuws omdat hij er met zijn studenten in was geslaagd om een peperduur medicijn tegen de ziekte van Pompe na te maken. Behandeling met het middel dat nu op de markt is, kost 400.000 tot 700.000 per patiënt per jaar. Schellekens zegt dat het medicijn niet meer dan 3500 euro per patiënt kost.