ChristenUnie-Tweede Kamerlid Joël Voordewind wil van staatssecretaris Fred Teeven (Veiligheid en Justitie) weten wat er gebeurd is tijdens de uitzetting van Amiri door de marechaussee. Hij baseert zich op informatie van de Amsterdamse kunstenares Tinkebell en Amiri’s dochter Tamana, die Amiri in het ziekenhuis in Kabul hebben opgezocht. Amiri zou in shock zijn en zijn eigen dochter niet meer herkennen. Voordewind krijgt maandag een doktersverklaring uit Kabul.

Of Amiri’s verwondingen nu het gevolg zijn van behandeling door de marechaussee of niet, Voordewind wil hoe dan ook een onderzoek en wil dat de uitzetting van afgewezen asielzoekers naar Afghanistan wordt opgeschort door Teeven. Een woordvoerder van de Koninklijke Marechaussee stelt dat er door de marechaussees die Amiri begin januari in het vliegtuig naar Kabul hebben begeleid, geen melding is gedaan van geweld waardoor letsel is ontstaan. Was dat wel het geval geweest, dan hadden de marechaussees het moeten rapporteren.

Amiri werkte in de jaren zeventig voor de veiligheidsdiensten van Afghanistan, toen de communisten aan de macht waren. In de jaren negentig vluchtte hij naar Nederland, nadat de fundamentalistische Taliban aan de macht waren gekomen. Hij mocht echter niet blijven, de rest van zijn familie wel. De man kreeg geen verblijfsvergunning, omdat de Afghaanse veiligheidsdiensten zich schuldig hebben gemaakt aan martelingen en executies. Begin januari werd hij op het vliegtuig gezet, na achttien jaar in Nederland.

Een woordvoerster van de familie van Amiri kon zaterdag nog niet bevestigen dat de man is gevonden en in een ziekenhuis is opgenomen. Zij wacht op bericht van de Nederlandse kunstenares Tinkebell, die afgelopen week naar Kabul is afgereisd om de voormalige asielzoeker op te zoeken.