Taxateurs wacht megaklus op kapotgevreten Friese weiden
INDIJK. Melkveehouder Jacob van der Wal schat dat hij 100.000 euro schade lijdt door de muizenplaag die Friesland teistert. Taxateur Joop Verheul was vrijdagmiddag nog pessimistischer. „Het is absoluut meer.”
Tot vrijdag hebben bijna 1100 boeren gemeld dat hun land door muizen is verwoest. Taxateurs die zijn ingeschakeld door het Faunafonds zullen de komende twee weken maar liefst 30.000 tot 35.000 hectare (300 tot 350 vierkante kilometer) beoordelen. Vrijdag vond op de boerderij van Van der Wal, gelegen aan het Heegermeer, de aftrap plaats.
Friesland, land van water en gras. Zuivelprovincie bij uitstek, in de woorden van landbouwgedeputeerde Johannes Kramer. Maar de groene weiden zijn op grote schaal van kleur verschoten. Ze dragen een donkerbruin doodskleed. Overal zitten gaten en hobbels (boer Van der Wal: „Dat zijn de kraamkamers”).
Soms is een perceel nog verrassend groen. Maar schijn bedriegt. „Straatgras”, oordeelt taxateur Verheul terwijl hij een plukje uit de grond trekt. „Het neemt de plek van kapotgevreten goed gras in maar heeft nauwelijks voedingswaarde.” Zijn advies aan de veehouder: „Doodspuiten, frezen en opnieuw inzaaien.”
Gras heeft een sterk herstellingsvermogen, maar hier is niets meer van te verwachten. „Schade van de ernstigste categorie. Dit kost zeker 4000 kilo droge-stof”, schat Verheul. In gewoon Nederlands: de opbrengst is het komende halfjaar nihil.
Van der Wal heeft 47 hectare grasland. „Zeker 90 procent is kapot”, zegt de melkveehouder, die 100 koeien op stal heeft staan. „Het is vorig jaar zomer begonnen. Toen heb ik al tweeëneenhalve snede (maaioogst, TR) gemist. Ik moet nu voer voor mijn koeien aankopen. Zo gauw het land droog genoeg is, wil ik het opnieuw inzaaien. Maar dan duurt het zeker tot juni voordat er weer genoeg gras op staat.”
Tien jaar geleden was er ook een muizenplaag. Toen kreeg Van der Wal 10.000 euro vergoed uit het Faunafonds. Maar dat was eenmalig. De boeren hoeven deze keer nergens op te rekenen, zo heeft directeur Chris Kalden verklaard.
De provincie Friesland heeft het Faunafonds opdracht gegeven de omvang van de schade door de muizenplaag vast te leggen. Bovendien besloot de provincie boeren van wie het bedrijf door de muizenplaag ten onder dreigt te gaan, en aan wie de bank om die reden geen extra krediet wil verstrekken, te hulp te komen. Zij kunnen van Friesland tegen gunstige voorwaarden een lening krijgen, althans als Brussel akkoord gaat. „Muizen kunnen we verzuipen, maar we laten geen boeren verdrinken”, zegt gedeputeerde Kramer.
Die uitspraak is een verwijzing naar de manier waarop sommige boeren het ongedierte te lijf gaan: ze zetten hun land onder water. Van der Wal doet dat bewust niet. „Je pakt er misschien de helft van de muizen, de rest weet zich wel te redden. Maar de grond verslempt erdoor (slaat dicht, TR), daar zit ik niet op te wachten.”
Muizen vergiftigen? Nee, dat mag niet meer, verklaart een woordvoerder van het Faunafonds. „Dan gaan er allerlei andere dieren dood, omdat het gif zich ophoopt in de voedselketen. De plaag moet zichzelf oplossen. Door inteelt, ziekten en concurrentie om voedsel neemt de populatie op den duur weer af.”
Nog mooier is een stevige vorstperiode. Daar blijven de Friese boeren voorlopig nog op hopen.