Kamer kritisch over liberaliseren pacht
De Tweede Kamer heeft donderdag felle kritiek geuit op het voorstel van de ministers Veerman van Landbouw en Donner van Justitie om de pachtwet te liberaliseren. De plannen komen in de praktijk neer op afschaffing van de huidige wet en het onderbrengen van de regels voor pacht in het Burgerlijk Wetboek.
Dat plan is „een blind, onbezonnen staaltje liberaliseringsfundamentalisme”, fulmineerde SP-kamerlid Van Velzen tijdens het overleg met de bewindslieden. „Een destructief voorstel”, stelde PvdA’er Waalkens. „Niet serieus te nemen”, oordeelde het CDA. „Minister Veerman slaat door”, completeerde ChristenUnie-kamerlid Slob de tirade.
Kern van Veermans plan is dat de prijsvorming bij pacht losser moet worden gemaakt. De pachter verliest een deel van zijn uitgebreide bescherming, zodat het voor verpachters aantrekkelijker wordt hun grond in pacht uit te geven. Op die manier moet de jarenlange daling van het pachtareaal worden opgelost.
De Kamer is met Veerman van mening dat er iets moet gebeuren, maar de voorgestelde forse liberalisering van de pachtmarkt gaat haar te ver. Dat is namelijk geen gewone markt, waar de wetten van de vrije markt onverkort gelden, stelt de Kamer in navolging van een onderzoek van Wageningen Universiteit. Landbouwgronden zijn niet-verplaatsbaar en voor boeren is de grond vaak gekoppeld aan bijvoorbeeld melkquota.
Veerman en Donner haastten zich donderdag de gemoederen te sussen door erop te wijzen dat de brief slechts een plan beschrijft en dat er nog geen wetsvoorstel voorligt. Het kritiekpunt van de Kamer dat het plan de rechtsbescherming van de pachter vergaand aantast, pareerde Veerman door te stellen dat de pachter in alle gevallen naar de rechter zal kunnen stappen om onrecht aan te kaarten.
De bewindslieden beloofden te luisteren naar de kritiek van de Kamer en in overleg met de markt met een voorstel te komen voor een eigentijds pachtbeleid. Of dat gestalte krijgt via een gemoderniseerde pachtwet, zoals de Kamer wil, of wordt ondergebracht in het Burgerlijk Wetboek, noemde minister Donner een „theologische discussie.”