Uganda verbiedt export van huishoudelijk personeel
KAMPALA. Het Ugandese parlement heeft donderdag besloten internationale arbeidsbureaus te verbieden om in Uganda huishoudelijk personeel te werven voor rijke families in verre buitenlanden.
Parlementsleden ontvingen te veel klachten van jonge vrouwen die als slaven werden mishandeld en seksueel misbruikt in met name Arabische landen.
Al jarenlang duiken verhalen op over jonge vrouwen die voor een karig loon zeven dagen per week zware lichamelijke arbeid moeten verrichten bij rijke families in het buitenland. Vaak werden de vrouwen gouden bergen beloofd, maar op het moment dat ze op hun bestemming aankwamen, werd hun paspoort ingenomen en begon de ellende.
Begin dit jaar stuurde het Ugandese parlement een delegatie die poolshoogte nam in een aantal van de landen waar de meeste klachten vandaan kwamen. Parlementslid Margaret Kyomuhangi maakte deel uit van de delegatie. „Op de Ugandese ambassade in Dubai werd ons verteld dat het simpelweg onmogelijk is voor een zwarte, Afrikaanse vrouw om als huishoudster bij een Arabische familie te werken. Ze worden veracht en seksueel misbruikt. Het ergste is dat in Uganda meer dan twintig buitenlandse arbeidsorganisaties een vergunning hebben om personeel te werven.” Volgens het parlementslid moet het land die vergunningen intrekken.
Uganda is niet het eerste land dat een zo’n verbod uitvaardigt. Ook Ethiopië en de Filipijnen kennen een ban op de export van huishoudelijk personeel, eveneens vanwege klachten over slavenarbeid en seksueel misbruik van vooral jonge vrouwen.